V. aanen noemenze Pulce, de Spaanfchen Pulgass
lxxEv a.' de Franfchen Puces. D e E n g e lfch e naam Flea,
H oofdstu
k .
Kenmerken.
Soorten.
t.
Pulex
irritant.
uc r j.
de Ho ogd u itfche Flohe, en de Hollandfche Vloo,
fchynen altemaal van het foei fp r in g en , waar
door z y als w e g v lie g e n , herkomftig te z y n .
D e Kenmerken beftaan in zes Pooten te h eb ben
, die to t fpringen bekwaam z y n , b enevens
tw e e Oogen en Draadagtige S p r ie ten : in plaats
van Bek een omgeboogen S n u i t , die Borftel-
a g tig is en een ve rborgen Angel h e e f t : h e t Ag-
t e r ly f op z y d e plat o f famengedrukt.
Behalven de gewoone V lo o ijen z yn in dit
G e fla g t ook de Amerikaanfche Z an d v lo o ijen ,
die de twe ede S o o r t uitmaaken , b egreepen :
D u s
( i ) V lo o , die de Snuit korter dan het-Lyf
heeft.
D e e z e is h e t , die met de vo orgeme ld ena a-
m en , van ouds to t heden , bedoeld w o r d t , en
Waar van z e e r v e e le A u th eu ren . als hier oh.
der b ly k t , de a fb e e ld in g , z o door de g ew o o ne
als door het Z o n n e -M ik ro sk o o p , onder t
Oog
; M Pulex Syft. Kat. X. Gen. *34. XII. =65. Pulex,pro-
-bofe de Corpore breviore. Faun. W ,095- ScoP. CarmoU
r o S llAT /«/ 7- ALB. A ran. T. f u BONANN. ^
f 56. Ano». U i P- =04- | m «OOK. Mïcrogr JobLOT.
fi 50. s -FRISCH ƒ»/■ II. P- 8. VAt-lSN. op. L
f/ ..» . & . m |
T I 3 , BAKER Mikr. T. I3> f. 6. LEDERM. f
W m 'r f m « . t. f- * .* * * » ■
Elem. T. IP5.
O o g gebragt hebben. In geen derzelven* g c &jjrp$pxjg
lo o f ik i h ee ft ftërker Ve rgrootin g pla ats, d a n ^ v n .
in die van B o n an n i , volkomen met die van STUKt
H oo ke overeenkomftig , alwaar dit kleine
S ch epze ltje te rlang te van b yn a een Amfterdam-
fen V o e t , en ter dikte van b y de v y f Duimen
vertoond w o r d t ; z o dat de V lo o aldaar , in
Lighaamelyken inhoud, meer dan v y f honderdduizend
maal v e rg ro o t is v o o rg e fte ld .
D e V lo o ije n , hoe laftige Infekten ook döor EIgcn.
htm krieuwelen en byten , hebben geenszins ^ aPPei«
die a ffeh uw ly kh e id , als het voorgemelde On-
gediert. O v id iu s o f die andere Autheur z o u
z e k e r ly k anders niet hebben durven wenfehen
een V lo o te z y n , om b y z y ö M e is je onder
de Kleederen te kunnen kruipen. Ondertus-
fchen ftrekt dat G ed ig t niet v e e l to t lo f der
V lo o ijen , die immer z o gehaat z y n , wegend
haar vinnig b y t e n , 5t w e lk den Mensch fom-
tyds uit een diepen flaap w e k t en geen rufte
l a a t , en nog bovendien de Huid met le e ly k e
Vlakken befmetten ( * ) .
• D u s zyn de V lo o ije n , niet a lle en, een a l-
gemeene Plaag der M enfchen en van ve rfche ide
D ie ren , op den geheelen A a rdb odem,tenmin -
fte daar de Menfehen gekleed gaan en Huize tv
b e j
(♦ ) Parve Pulex Sc aroara lues, inimica Puellis
Carmine quo fungar in ma faêta fêrox i
Tu laceras Corpus tenerum, durilfime, morfu*
Cujus cum fuerit plena Cruore Cutis;
Emittis maculas nigro de Corpore filfïas,
h DEEL. XIII. STUK, G