V .
A fd e e l .
LXXXII.
H o o fd -
S T U K .
D e tand aan het eerfte L id der A rm e n , en
de Haairigheid d er Pooten aan de eene z y d e ,
h e e ft z o w e l , indien niet meer plaats in d e e z e , als
in de voorgaande S o o r t , waar van z y inzonderheid
door de agte rlte breede Zwem-
pooten v e r fch ilt , die haar , b y fommigen *
Breedpoot hebben doen noemen. Z y komt by
de voorigen aan onze Stranden, doch niet z o
menigvuldig v o o r , en fommigen noemen ha ar ,
wegens den glans en helderheid van de Schaal
en P o o t e n , niet onaartig Porfelein-Krabbetje.
D e a fbe eld in g daar v a n , z o het m y to e fch y n t ,
nog niet uitgegeven zyn d e , heb ik die , v o lgens
zodanige Mannetjes , m y onlangs door
den H e er ëaster uit Zeeland toege zonden,
alhier , in Fig. 4 , naauwkeurig in ’t K op e r
doen brengen. Ik z e g , dat dee ze Z e e u w fc h e ,
m is fch ien , nog niet was a fg eb e e ld : want de
fig u u r , die uit Seba aangehaald w o r d t , hoe
z e e r naar d e ze lv e g e ly k e n d e , w a s , volgens
de b e fch ry v in g , van een Brafiliaanfche Z e e -
K r a b , die aldaar Aratu-Pinima o f ook Guan»
humi geheten w o r d t , o n tle en d , en b y den
H e e r Gronovius , hoe omftandig ook o v e r
de Nederlandfche K ra b b en , waar van z y n E d .
ze v en d e rle y Soorten opgeteld h ee ft ( * ) } zo e k
ik
(*) Naamelyk met in zyne Fauna Belgica , een Werk dat
deeze Heer voorgenomen hadt uit te geeven , weshalve
het door Doktor Ba s t e r als reeds uitgegeven wordt ge-
meld: maar in AU. Helvet. P iy f Math. Med. VOL V p
i i « h . hr . r ; ï ï f * * • * » * . ^ *
ik te ve rg e e fs naar dee ze. Z y n e eerfte , naa- Ar J eeiï
m e ly k , die dan de Bre edpoot van R o n d e l e - LXXxh.
t iu s z yn z o u , hadt de ééne Schaar g ro o te r dan
dé andere, dat in dee ze geen plaats h e e f t , en
die andere, thans door z y n E d . als een Z e e uw fch
e opgegeven ( * ) , kan het o o k niet z y n >
om dat het R u g fch ild die tw e e groote weder-
z y d fe D o o rn en , van de S te k e lk ra b , ontbree-
ken. D ie van P l a n c u s en B a r r e l ie r zu llen
z e k e r ly k Italiaanfche o f vreemde z y n . D e onzen
vallen in lang z o groot niet als de gewoo*
ne Strandkrabben, van de voorgaande Soort.
D i t Krabbe tje w a s, in h e t Kabinet des Konings
v a n Sw e e d e n , Hondskrab g e ty te ld . D o k to r S co -
p o li z e g t , dat het V o lk , aan de A driatifche Z e e ,
'e r den naam van Majinetta aan g e e f t , h o ew e l
Z y de gemeene Strandkrabben, anders Grand,
ook w e l eens z o noemen. H e t R u g fch ild is een
wein ig breeder dan lang, en het tw e ed e L id der
A rm e n , z e g t h y , tw e e ta n d ig , daar ik echter
in d e onzen maar een g ro o te d ik k e n fp it fen T a n d
o f Doorn aan waarneem. H e t w o rd t onder de
Sw e ed fche D ieren niet opgeteld.
(2 4 ) K r a b , die ruig is , hebbende het Rugfchild ^ i v .
W£- Venynige»
(*) Zoapk. Grut. Eascic. It. p. aaa. N- 95*. Vant zodie
Soort alleen van de S.ekelkrab, N. 9SÖ, door deagterfteFoo-
ten verfchilt, kan het zekerlyk ons Porfelein - Krabbetje met
zyn, het welk, bovendien , de agterfte Pooten met bekwaam
heeft om te loopen.
(24) Cancer irackyurus t hirfutus , Thorace utrimque den-
I, Deel, XIII. stuk, Y t*EOj