B E 5 C H R Y V I N G V A N
V- de Vogel dood is , op de Haairen o f Vederen
l S v-I bovenaan den Snavel, gelyk alle andere Lui-
Hoofd- * zen. Zie hier de befchry ving, welke door hem
gTÜS* daarvan gegeven wordt.
De v o o r fte Pooten zyn zeer k o r t , men
„ kanze met de bloote Dogen niec wel zien $
„ de andere twee Paaren t ’elkens wat- lange.
m Aaa ’t agterlle zitten eeuige Haairtjes. De
l l Ringen om het L y f zyn witagtig, en , tus-
„ fchen ieder Paar van zulke Streepen is een
” bruinagtige Streep van glimmende Haairtjes.
, , De zoom, langs het L y f heen, is witagtig,
55 eelvk ook de Pooten: de Kop glanzig Kas*
„ tanjebruind’ 1
Redi vertoont, op zyne Eerfte Plaat, gelyk
onze Autheur te regt -aanmerkt, nog andere
Soorten van Luizen, die zig op de Valken
onthouden, verfchillende in gedaante vry veel,
zo van elkander als van deeze. ,Van dezelven
heeft G eoffrov ’er twee onderfcheiden, by
den naam van Havikken Luis met het L y f langwerpig,
dat de.eerde, en met het L y f o v a al,
dat de derde is , op die Plaat. De tweede
gelykt taamelyk naar onze Kalkoenen-Luizen.
t “c van Die zelfde Franfche Autheur gceft.in tbyzonrdeaSMfat.
der ^ de afbeelding en befchry ving van den Luis
van den Buifert, een bekenden Roofvogel’,
ook behoorende tot liet Geflagt der Valken.
Deeze L u is , zegt h y , is de grootfte die hy
kent, hebbende ten minde de langte^ van een
derde Duims. De Kleur is helderbruin, uitge»
no-f
, . . V.
^ ...... den Buik, welke geelagtig is ^FDj!Zt..
„omen die streep in ’ tLX X Vi.
met bruine randen en een . hoofif- midden , overlangs. DeKop is “ tu«.
vooren als dwars afgefneeden,
zeer kort en de Oogen groot. Het Borstftuk
van figuur eenigermaate Hartyormig, , teeft
een boordzel.zo wel als ’t Agterlyf, datlang.
Werpig is en beftaat uit tien Ringen ( J.
Gedagte Sperwer-Luis was ook eene van de
OTOOCfte Luizen, die Linmsus ooit hadt gezien,
f„ kwam met de zo even befchreevene, van
den Buifert, in veele opzigten overeen C fL g>
wel als de Figuur van Ram. Het is te vetwonderen,
dat die A u t h e u r alle de Luizen van
het Gevogelte Vlooijen noemde.
( 14 ) Luis der Raaven. o^T*
Van deeze is de afbeelding gegeven d o o r ^ 50*
dien zelfden Autheur. L innjeus g etuigt,
dat dit Diertje zeer taay is van zelfftandig-
heid, blvvende, fchoon men het d y f met den
Vinger drukt, nog in ’t Leven en loopende.
G eoffroy merkt aan, dat de a f bedding van
de Raaven-Luis, door Re d i , zeer goed i s , en
hv houdt dezelve voor een fraay Infekt, waar
van de jongen wit zyn met een enkele ry zwarte
(* ) Hiß-des Inf. env.'Paris. Tom. II. p. 599-
m Doktor scopou i noemt de Luis van den Ruifcrt ook
Pediculus maximus: dat is de Grootfte Luis. Et:. Cam. p. S8*.
(14) Pedi'ulus Corvi Cotacis, Faun.Suec. 1950. »SD. SxJ‘-
Ttb. 16. f. o.