Afdeel.
LXXXI.
HOOFDS
T U K .
IV.
Americas.
W e s t in d i -
iche.
PL CUT.
Fig. a.
Q90 B K S C H R Ï V I N C V A N
heeft de Kammen met veertien Tanden ; doch
die Oostindifche, waar van ik hier voor fprak,
fierlyk Kastanje - bruin van Kleur zyn d e ,
heeft de Kammen maar twaalf- Tandig. Het
uiterfte Lid van de Staart, op éénnaa, is in
beiden kennelyk langer dan een der anderen,
en in de gedagte zwarte, van onze A f beelding,
ongevaar een Duim lang. In beiden is de Buik
bruinagtig geel, op de zyden w i t , zo wel als
de Voegen van het L y f , en het ronde Leedje
met den Angel byna Koraal - rood. Het heeft
geen klein puntje onder den Angel. De langte
van het laatstgemelde Voorwerp is , gelyk die
van den Ceylonfchen van den Heer Grono-
v iu s , omtrent vier Duimen. Indien de Kop
onder het Borstftuk verborgen z i t , gelyk zyn
Ed. fchryft ( * ) , zo moeten de Oogen dan op
het Borstftuk ftaan, waar van ’er twee in ’t
midden, en drie ter wederzyde aan de Schouders,
in de mynen zig zeer duidelyk vertoo-
nen. De Haairigheid op de Schaaren en Poo-
ten van dien Oostindifchen, is van weinig be-
lang.
(4 } Scorpioen, met de Kammen veertien-Tan•
digf de Schaaren dunhaairig, met Draad•
agtige punten.
Dee-
(*) Caput fub Thorace latens. Zoophyl. Gr on. Fa(c. II,
pag. 219.
( +) Scorpio PeAinibus quatuordecim - dentatis , Manibus
fubciliatis , Digitis filiformibiis. ROES. Inf. UI. p. 3 82, T. 66. f. S.
t) E S CO R f 1 0 E N É N. s<)I
Deeze Soort, die dan de Westindifche zou V.
willen zyn , is door onzen Autheur niet wel LXXXI*
befchreeven. W y krygen van Suriname Scor- Hoofd- ;
pioenen, die van twee tot drie Duimen la n g ,STÜK*
en fommigen bruinrood , anderen g e e l, anderen,
gelyk die van onze Afbeelding, Fig. 2 ,
graauwagtig van Kleur zyn ; hoedanig eenen
Roesel vertoont; maar in deeze allen, zo veel
i k ’er geteld heb, zyn de Kammen ieder met
agttien Tanden voorzien , en byden Angel van
de Staart is een klein puntje, dat in de voorgaande
Soort ontbreekt. De Schaaren zyn doorgaans
ook v e e l, fm aller en loopen aan ’t end
Draadagtig dun uit. Het laatfte Leedje op één
naa verfchilt, in fommigen , zo veel niet in
langte van de andere Leedjes. De Haairigheid
op de Schaaren, Staart en Pooten, is niet zeer
aanmerkelyk»
( 5 ) Scorpioen, met de Kammen agttien-Tan- v.
dig, de Schaaren hoekig.
fche. ^
Deeze Kenmerken hebben weinig overeen- ^ c3ni‘
komst met de gelteldheid van onze Europifche
Scorpioenen, waar van ’er één, die w y zeker
weeten uit Tyrol afkomftig te z y n , in Fig, 3 ,
is afgebeeld. Dezelve naamelyk heeft geen
agt-
(s) Scorpio Pe&inibuS o&odecim - dentatis , Manibus an.
gdlatis. M. L U. 4.19. MOUFF. Inf. 204. Aldrov. Inf,
577. Raj. Inf 9. ROES. Inf. III. T. 66. f, 1 , 2, SCH/EFF,
Elem, T. 113. SULTZ. Inf. T- 23* £ JS°.