
NEMORIA THYMIARIA, l .
Plaat 5, Fig. 1—16.
F riscïï, Besch. d. Ins. Deutschl. bl. 20. Tab. XVII, fig. 1—3.
Scopoli, Entom. Carn. (1763) bl. 217, N. 535, nom. Fimbrialis.
Linné , Syst. nat. (1766) N. 199, nom. Thyniiaria.
Hübnee, Samml. Eur. Schmett. Geom. Tab. 2, fig. 8 <? nom. Bupleuraria.
Espee, Die Schmett., Dl. V, bl. 35, Tab. IV, fig. 3—9 nom. Thymiaria.
Tbeitschke, Schm. v. Eur., Dl X, 383, nom. Bupleuraria.
Snellen, Vlinders van Nederland, bl. 542, nom. Fimbrialis.
Uit bovenstaande citaten blijkt dat deze vlindersoort bij verschillende
schrijvers nu eens onder den naam van Thymiaria, dan weder onder dien
van Fimbrialis of wel van Bupleuraria voorkomt. Vraagt men nu aan
welken dezer drie namen de voorkeur behoort gegeven te worden, dan
zoude, bij eene gestrenge toepassing van het recht van prioriteit, zeker
Fimbrialis van Scopoli daartoe het eerst in aanmerking moeten komen,
omdat men bij dien schrijver dezen naam drie jaren vroeger dan dien
van Thymiaria bij L innaeus aantreft. Hoe groot een voorstander ik
echter ook ben om eere te geven wien eere toekomt, is het, desniettemin,
mijn gevoelen, dat men dit zoogenaamd prioriteitsrCgt in geen geval
verder dan tot L inné moet doen opklimmen en daarom den naam van
dezen behouden, wanneer het blijkt dat hij werkelijk het bedoelde voorwerp
daarmede bestempeld heeft. Dit eenmaal aangenomen zijnde, vervalt
de naam van Fimbrialis van zelf en hebben wij dus hier slechts te