
m . A T U P R K Ü N O I Ü ß
dervinding bevestigc, dat alle onze tedere^ Per-
ilkken niet wel anders dan inleibomenflagen,
en zy moeten noch naar hec Zuiden o f Oasiert
gekeerd zyn. Wanneer men verplichc is, om
een latwerk ce vernieuwen, zo moet men, voor
20 verre zulks mogelyk is, de foorten verande-,
ren; dat is te zeggen, dat men vruchten, die
Amandelen bevatten, moet plaatfen, waar men
voormaals vruchten mec kepenhad; en vrug'-
ten die kernen bevatten, op de plaats van de
vrugten, in welke men Amandelen heefc: de
boomen groeijen hier door veel weliger: ook
rypen de vrugten des te beter, hoe meer de muur
met platte kalk beftreken is , om dac de wärmte
, die door de terugkaatzing van de zonneilraa-
len veroorzaakt wordt, hier door vermeerdert,
Len Petflkfaoora, die wel gefnoeic en geleid
wordc, blyfc zeer lang in een goeden ftaat: men
z ie t’er die veertig jaaren oud zyn, en nog vry
wel dragen. — - De wegneeming der toppen is
nadefnoeijing, ja deaankweekingderPerflkbb-
men de gewigtigfle, en echter een der meest ver-
onagtzaamd werdende hearbeidingen. De nuttig-
heidvande wegneeming der toppen beftaat hierin,
dat zy de gemaklykheid van alle de andere be-
werkingen bevorderc, om dat zy aan de vrugten
de zekerheid, fchoonheid en goedheid ver»
fchaft.. De knopping gefchiedt in de maand
■Mey I deeze bearbeiding beftaat hier in, dac
dg toppen w§|qgem.t, «it wblke een zekw
A A N M E R K I N G E N . 167
ker foorr van takken moet voortkomen, of
in hec affnydeii van de nütcelooze takken, welke
de Perfikboomen in meenigte bevatten. door
L middel vloeit het fap alleen in d®«ugtbaa.
re takken, en ’er ontftaan alle de voordeelen
van, welke wijopgenoemd hebben. U -
bladeren der Perfikboomen zyn aan een kwaal
onderhevig, die men opbuUm
20 men zegc, het u i c w e r k z e l van een fchadelyken
wind, d i e - d e b l a d e r e n doet kreukelen;zy
worden dik, g e e l, rood en fchorfagtig. Men
moet ben wegnegmen, om dat zy te veel fap
uit den boom zuigen. De mieren enplanclm-
zen veroorzaaken mede zomtyds dezelve nadee.
len aan de bladeren en takken.
V . Welke middelen m o e t men aanwenden
om de vrugten der Perliken tot volkomen rypheld
te brengen?
A . Men moet de Perfiken, voor dat zy ryp
zyn niet alleen onder de bladeren bedekt hoa-
¿ n ’, om dac deeze zelfs de vogtigheid van de
l ü c h t inzwelgen, en dus den boom voeden,
maar men moet ze ook ontdekken, wanneer
2y begisnen te rypen , om haar fmaak tot meer
volmaaktheid te brengen, en haar die fchoone
kleur te verfchaffen , weike haar fchoonfte fie-
raad is ; doch hec is van veel aanbelang, dat
z u l k s langzaamerhand gifchiedt, vermits de vrugten
anders zullen uitdroogen en afvalien. ——
Ook weec men van hoe veei aanbelang hec is ,
L 4 om
•Í *
■ir