
m
1 /
r
A . Deeze uwe gevolgtrekking fchynt wel niet
ongegrond, doch o f de Heer Martinet, by
het nederftellen van die woorden, ook zo gedagt
heeft, weeten wy niet. Misfchien heeft
zyn Eerwaarde wei het oog gehad op de
fchrikkelyke vervolging, welke de Chineefche
Keizers tegen humie landgenooten , die het
Kristen - geloof aangenoomen hadden, in het
werk gefield hebben, en welke vervolging
langen tyd geduurd heeft; waar door een
onnoenilyk getai van menfchen, op de moord-
daadigile w y z e , o m ’ t leven gebragt, o f naar
elders verjaagd is.'
V . Dan hebben de Chineezen evenwel het
Kristen-Geloof wel willen aanneemen, en zyn
niet halftarrig geweest , om de Godlyke
waarheden van de hand te w y z e n , o f moed-
willig te wederftaan ?
A . Neen , zelfs is ’er een tydfiip geweest,
op welk veele voornaame onderhoorige Vors-
ten van het Keizerryk der Chineezen, benevens
hunne onderdaanen , den Kristelyken
Godsdienst toegedaan waren, en dat de Kei-
zer zelve op het punt ftond een Kristen te
worden; doch , wyl de eigenbaat en heersch-
zugt , zig in alle waereldfche zaaken mengen
, en de Godsdienst daar van ook niet
bevryd is , zo hebben die zaaken een anderen
keer genomen, vermits de Misfionaris-
fen , o f Rooms ch geestelyke zen delingen, (want
deeze
¿eeze hebben bet eerst hun werk ’er van gemaakt
, de Chineezen tot het Kristendom ovet
te haalen) hmi«e zaaken al te onvoorzigtig,
en met geen goed beleid ingerigt hebben. ^
V.-Maar waarom hebben dan de Keizers die
geene, welke reeds Kristenen waren, Zo ge>
weldig vervdlgd eu uitgeroeid ? ' .
A. Men verhaalt in de Historien van de Cm-
neefche Volken, d a t, wanneer een zeker J i -
zer voorneemens zynde een Kristen tewo J n ,
en in navolging van dien, mogelyk het gehe e
R v k het Kristen geloof zou aangenomen hebben,
omftandig van de gefteldheid d e r K i i J i
nen in Europa, onderzoek deed, ¿en J r Mis-
fionarifl'en zig Uet ontvallen, dat de P j hmi
geeftelyk Vorst en Opperhoofd was , die het
Gebied en de Heerfchappy voerde over alle de
Kristenen van den gantfchen aardbodeni , en
dien zy in alien deele , zo in Kerklyke als
Waereldfche zaaken moesten gehoorzaamen; uit
welke woorden die Keizer een befluit opmaalc
t e , dat dau die geeftelyke Vorst o fP a u s , hem
weldra, zo hy een Kristen wierd, van zyn
throon konbonfen, onderdanig maken, en het
gautfdie heftier van zyn Ryk in hatrden kryg
en, weshalven hy terftond van gedagten ver-
anderde, en befloot de Kristenen in zyn R y k ,
die niet weder him oud Heidensch geloofwil-
den aanneemen, te vuur eu te zwaard te vervolgen,
of te verbannen, welke alles ook i n ’ t
werk
xV
'ihf
?
t
t <+
h tfo: