
ì n . ì
*í.t'
i'te
1 1 ,
' I '
l68 N A T U U R K n N D I o M
nabuurige,boomen overfchaddwtvvorden; integendeel,
zo men zo veel boomen omkapt, dat
de Zon de plaats befcbyiien kan, ziet men ’er
geen , o f ten m i n f t e n zeer u'einige, uitfpruiten.
De Denneboomen groeijen zeer langzaam; een
uitrpruilfel van de vnicht'Van deezen boomon-
deiiclieidt zigniet, voorhet vyfde ofzesde jaar,
van de omftaaude Kruiden. Wanneer een gedeelte
der boomen zig begini te kroonen, dat
is te zeggen, in de toppen te fterven, zo ishet -
tyd , om het Bosch af te kappen; doch hetis
van veel gevxigt, dat men de afkappingaandie
zyde begint, van welke de wind met hetminfte
geweld blaast, (’ t geen gewoonlyk de oostzy-
de is) op dat de boomen, die het Bosch aan de
Wfost- en Noordwestzyde omvangen, de ilam-
meiibefcliuiten zouden, die, zonder dit, gevaar
zOuden loopen van omgeworpen te worden.
V . Op welk eene wyze worden de Terpen-
tjm der Denneboomen, en de Harst, van wel-
ken men de Pik der Pietas maakt, uit deze boomen
getrokken ?
A. Alle jaaren, omtrent de maand A u g u ß u s ,
(het zyn de gedachten van eenige Natuurken-
u e rsj, doen de Italiaanfche boeren , die in de
lüabuurfchap der Alpen woonen , een tocht
.door de Zwitzerfche Cantons , in welke de
Denneboomen zeer menigvuldig zyu , om de
Terpentyn intezamelen. Deeze boeren hebben
eene foort van blikke hoorens o f tregters,
die
die in ee„ fcterpen P " « .¡n«gen . “ g
t s c h V » « » f . t e !
hang,; op airf«» F '" * '’™ t e " li S h o o r e n s . Het is een bezienswaari.ge^»*.
deeae boeren tot op de toppen der hooglle
d” n e b o o .e „ t e bien I t l a n t e r e n . p e n do
„iiddel «an bonne ftbcenen gefcbieo , p e n e t
“ I n t e yaere taaben gewapend ayn, «'«1« Inde
S „ , s , L den boom Indvingen; a , omvat.en
“ boon, tnet beide de beenen . . . den eenen
arm, tervvyl zy aig me. den anderen ™ »
„0 boorene bedienen , om d e Ue... k n o te ■
r f blaasir« x*» verbreiten, die meii op defc.aors
van de e' igent l jke Denneboomen aiet. Wanneer
Z f X me. deeae kl.are en vioe,baare
Terpentyn vervuld i s , welke deeze ^
zig befluiten, zo ftorten zy dezelve in deflesdi
uit, die aan humien gordel vastgehegt is , en
deeze flesfchen worden'vervolgens in de zak-
heh van bokkenvellen geledigd, welke dienen
om de Terpentyn naar die plaatfen te vervoeren
, alwaar zy weeten, dat ze met het meeste
1 voordeel verkogc kan worden. Dewyl _
, deczc Terpentyn fomtyds met eenige onremig-
lieden vermengd is , zo zuiveien zy. --
ve , door eene zeer eenvoudige deorzygng^.
zy rollen een ftuk van den fchors der Ept-
d a s , 09 de wyze van een tregter te farnen
en plaatfen in het naauwe gedeelte eemge bot^
L 5