J
19a n a tu u r k u n d ig e a a nm e r k in g e n .
en wie anders dan hy voor den Disdpel moet
gehouden worden?
A . Hoor, Vriend 1 wy zyn met Natuurkundige
Weetenfchappen begonnen, en daarmeézullen
w y ook eindigen. Die gantfche historie van
het Portrait, en wat gy ’ erUook van vcrbeeldt ,
is duiiler: ook zyn dit kleinigheden, die geene
de minfte betrekking hebben tot onzen opge*
zetten en reeds afgewerkten taak.
^ iS-
.tf
. .
f7lt ,\