l'
146 R E K U M N A T U K A L I U M
umbilici cjuafi formam refert ^ cxterum vero tefta gaudet dlbida, qua fuper plicx rubrique fafcia: &
ftinicLili cönfpiciuntur. Gyrorum margines fuperni acutilTimis proccfïÏbus & quafi aculeis horrent.
^ . . 1 • . • : Num. 10. Aliud ejusdem fpeciei," quod geminacis acuminatorum procefluum", inceriora verfiis cofic:'
avorum, ôz in acumen dcHnentium, feriebus munitur. Gyri fuperiores itidem eleganter func plicati.
Clavicula binis lingulis inftrudla eft.
Num. 11. Purpura fpecies, five Buccinum crifpatum, cujus fuperficies oblongis proceffibus, veluti
cincinnatis, per gyros omnes ad acuminatum usque apicem, ornata elt. Clavicula, itidem aculeis
inxqualisj arile in femec coada eftj & incur va ta. Fafcix albx Sc arantio flavx totum undequaque
ambiunt.
Num. 11. Buccinum Jefiiatunii roßratum, fufcum, ex toto muricihus horriduftt. Alias & Haftam echiliatam
minorem vocanc hoc Buccinum, quod peculiaris ell fpeciei, ipinis acutis, veluti muricibus, contredacu
horrendis, undique conferciiTime obfitum , obfcure grifeum, ex albo guctatum.
Num. Z3. Idem fupinum.
Num. 14. Buccinum elegans, dilute flavum, ülamentis crafliSj Aurantii's, obvolutum, fupra ad
^ r o s plicatum, profunde fulcatum, acutis dentibus afperum , ex America Hifpanorum delacum.
Num. 15. Buccinum ad finilbas convolutum. Ejusdem ell (peciei cum priore, fed ^ris gaudet
finiftrorfum obcortis. Gyrus major hnca alba circumfcribitur. Cxtcra omnino priori affimilacur.
Num.- ZÔ. Buccinum venuftifïïmum, ex Banda in Indiis Orientalibus delacum, ex dilute flavo perfundatum,
longis elatisque coftis prxdicum, profundis foveis veluci rugolum, filamentis fufcis, exaggcratis,
acuminatis, ari5te obvolucum, Rumphio Buccinum undofum didum.
. Num. %-j, Cafis Ferrucofa, antica parte tuberoE, tribusque carcerum feriebus aculeorum, fupra ad
gyrum majorem longe prominentium, verfus inferiora autem ad claviculam abbreviatorum, confua. Superficies
alba ex fufco pulchrc marmoris in modum variegatur.
Num. z8 & 19. Caßs ferrucofa zlKv^iy brevior, acutiffimis aculeis horrens, ex dilute cinereo flavo
unicolor, fubtus dilute purpurea, quemadmodum fub Num. ip patet.
Num. 30 & 31. Caßs "verrucofa tertia y ejusdem, ac prior, coloris, aculeis longis, acutifllmis, nigris,
per feries dispofitis, obfita; unde 6c Echinus yocatur. Os fubtus gemino dentium ordine gaudet,
& intra labia ex croceo pidtum eft.
T A B U L A Q J J I N a U A G E S I M A E T T E K T I A:
Seäio décima fexta
• CafTides.exhibet, Fimbrias ftriacas & Ixves, -quas inter plures dantur fjjccies, qux vel figillatim dignilTimx
funt, ut actento oculo perluftrencur. Ultra quadraginca heic reprxfentancur fpecimina, fmgulans'qifxlibet
formx & fabricx; qux tarnen omnia & lîngula feorfim defcribere haud duco neceflarium :
potiora fältcm feligemus, & quousque rcquiri videbitur defcribemus. lis enim, qui harum rerum perici
atque amantes funt, fatisfadtum fore fjjcramus, fi modo omnes fpecies aeri incifas exhibemus.
Num. I. Maxima hxc eft Sc merito Princeps vocanda inter rcliquas omnes Calïidcs atque Fimbrias,
oblonga, teftam exceriorem magnis plicis diftintlam gerens, cinereo flava, fulcis albis, profundis, ad
claviplooien
cn rode banden of fnoertjes over de witte grondfchaal,
daar de gieren van boven heel puntig getakt en gedoornt zyn.
• Nuni. 20. Een ander van deze foort , met dubbelde reien van
untigc takken, die naar binnenwaarts hol en puntig toelopen.
fchoudcrs van de bovengieren zyn mede fraai geplooit. De
üuitiag-is met twee tongen voorzien.
gieren lang uitfteken, en naar beneden tot aan de fluiting kleiner
worden. Het is over den witten grondt fraai met een bruine
kleur gemarmert.
Num. 28 en 29. Cajfis verrucofa , twede foort, zynde kort
cn heel puntig gedoornt, licht afch-geel, eenkleurig, van onderen
Nura. 21. Krul-boorn^ dat over 't lyf langwerpig, met knilk
n uitgcfiert is, over al dc gieren tot aan 't puntige .topeinde,
als mede over defluitingjdie fcherp gcdocmt is,en (Sgt in malkander
fluit,- zynde krom gebogen, en met witte en oranje-gele
banden omringt.
Num. 21. Byzondercfoort van horentje,dat den naam van de
kleine Morgenfler draagt, en heel vol met fchcrpe puntige dorens
rondom bezet is., gclyk voetangels, die vervaarlyk om aan tc
grypcn zyn, donker graauw met witte punten.
• Nam. Dc zelve van onderen.
• Num. 24. Fraai licht geei Kinkhoorn, met dikke oranjckou-
]eurige draadtjes omwonden, boven aan de gieren geplooic, diep.
gegrocft, ofgevoornt, fcherp getand en gcpuut, uit dc SpaanfcheWell
Indiën.
• Num. 2f. Deze is van de zelve foort ah dc laatft voorgaande:
doch deze heeft een verkeerde draai, daar dc gieren aan de linker
zyde omflaan, met een witte linie over dc grote gieren j cn heeft
verder alles raet de voorgaande gelyk.
Num. z6. Byzondcr fraai horentje van Banda,uit Ooft-Indië,
licht geel van grondt, hoog cn langwerpig geribc, met diepe
groeven als geplooit, en met bruine opgehoogde fcherpe draadtjes
digt aan ccn omwonden. Het wordt by Rumphius Bucci'
num liruofum genaamt. . ' -
. Num. 17. Gejloornd Pimpeltje, dat van-voren gcknobbcit, co
verder met drie reien van dorens, die van boven -aan de grote
licht paars, by Num. zp vertoont.
Num. 30 cn 51. Derde foort, van de zelve koulcur op den
grondt, metJange, heel puntige, zwar te,dorens, reegswyzegevult.-
Het wordt, een Egeltje genaamt, is van onderen in den mondt
dubbelt getand, cn met faffraan-gecl binnen de lippen gefiert.
DRIE EN VYFTIGSTE TAFEREEL.
J)e zestiende fnede.
In dit Tafereel worden dc Kasketten^oi gepreepte en gladde Soom-^
tjes., verbeeld, waar onder verfcheide foorten gevonden worden,
die iedci; in 't byzonder w d waardig zyn, dat men naaukeurig
het oog daar over laat gaan. Daar zyn over dc 40 fluks, ieder
vaneen byzonder miakfel, of gedaante; doch wy oordelen onnodig,
om de zelve alle in 't byzondcr hier tc befchryvcn, en
zullen alleen de voornaamfle ftukken daar van uitpikken, en het
nodige daar van zeegen, in hope, dat dc kenners en liefhebbers
zich daar mede zuTlcn vergenoegen, dat wy hen alle dc andere
foorten flechts vertonen.
Num. I. Dit is dc grootfle, en mag ook wel het hoofdt van
alle de andere..Kaskctten of Somen genaaint worden. Het is
langwerpig, met grote ploojeu over de bovcnfdi iul , afch-geel
geklcurt,
7'AB. zm.
'19 'I ' nil
Î Hi d
!'• Il
il
11
,