m '5
TOM . IK ^TZé. r.
I.
'•ti,
R U P S E N EN V L INDERS . 33
ili gcvaarlyk ziek lag, van een waardigcn Begunftiger, inafbeelding, zo als ik ZCTAB, IV.
hier niededeele, mec een bygevoegden Brief ontvangen. Doch, gemerkt ik
toeii myne zaaken zelf niec reddcn koii, zo is dezc Brief v^rlooren geraakt; cn,
fclioon ik my wel te binnen könne brengen, dar ik naderliand, nog door een
tweeden Brief, van denzelfden Begunlliger om antwoord verzocht ben, hebbe ik
eeliter ook dezen onder myne veelvuidige federt vyftieii jaaren verzameide Brieven
niet weder können vinden. Ingevolge hier van kan ik tegenwoordig zo min melden,
wie deze Begunlliger geweeil zy, als zeggen, wat hy my nopens deze
Riips gefchreeven hebbe: weshalve ik ihans niet anders doen kan, dan hem,
hoewel my onbekend,hicr mede myne dankbetniging te lauten toekomen, enden
genegcn Lcezer eene körte befchryving van dezc Rnps mede te deelen.
Byaldien ik een naani aan dezelve geeven moell, zon ik haar de geele en roocle
Borßelrups, mst den bruinen kop en ruitvormtge zw arte rug-eieraaden,
noemen, Haar lyf is fchoon citroengeel, en de vyf paar ilompe buikpooten
hebben diezelfde koleur ; maar de zcs klaauwpooten , benevens de kop, zyn
blinkend-bruin. Längs den rag ziet men nog eene rei byzondere rnitvormige
vlakken, welken vvit zyn, en eene zwarte bezoomiiig hebben. leder ring hecfc
zulk eene vlak; en op deze Haan veele, uit lange digt by eliiander zittende hairen
te zamen geilelde pyramiedsvvyze Borllels, rechtop in de hoogte. Zommigen
dezer, vooraan en in' t raidden ilaande, zyn carmynrood, doch de overigen zo
gecl als het lyf. Dit heeft ter wederzyde nog eene rei tedefe punten, cn 'er
ichynen, behalve deze borilels ook nog eenige andere haircn aan te zyn. Meer
weete ik 'er voor dit maal niet van te zeggen. Miflchien ilelt my de tegenvvoordige
gemeenmaaking dezer Rupfe in 't vervolg nog in ftaat, om 'er een omliandigerbericht
van mede te deelen; alleenlyk moete ik hier nog aanmerken, dat ze
ray eenigzins mirtekend vcorkomt; gelyk de Kenners zelven werzullen zien;
ondertuiTchen vertoon ik ze, zo als ik dezelve ontvangen hebbe.
Fjßerleie zeldzaame Indiaanfchs VLINDERS, henevetis
een groote Indiaanfche NEUSHOORN-KE VER.
Ík hebbe hicrvoorens gewag geraaakt van tien fluks zeldzaame Vliiiders, T»B V
welker afbeelding ik beloofde mede te deelen, zo als ze ray, uit de Ko- ' '
ningl. Dresdenfche Natuurkamcr , toGvcrcrolivvd wären. Op Tab» II. cn III.
hebb¿
geeven> ziillen de Liefhebbers, Ha het einde van dit IVJe Deel, op deXVII'e Iah. F/ff i-r
deze Rups bstcr in haare natuurlyke geiialte, benevens biarePop en Vlinder, afgebeeld vinden.'
•E 3 KLetniAiNiH.
fe':;
i f I"-"-" 'l!
IIIÄ'"'-
T
II
I
I I
S ' i '
"IM .1'