
gen is er ooît vergaan. Aile Schepfelen,
door de Quden befchreeven , vindt men
n o c h , a ls jnen wél , zoekt. Geen één. dejr
geenen , die in den beginne gefchapen
z y n , is verlporen ; anders was toçh de-
groote Keten der Scheppinge verbrooken. ;
Ook ontftaat er geen één nieuw. De aart
der dingen b ly ft dezelfde. Vaste Ordening;
is eene p r o e f , en eene eer van een yei'-
ftandig Wezen. È o e fchoon is. dit. uitge-
drukt in dat w o o rd : Hy draagt alle dingen,
door het woord zyner kragt ! Hebr. J. 3.
V . G y hebt ook melding gemaakt yan
eene Orde.
, A. Zo is het ! Veeläl fch y n t'. er wel
eene Verwarring te zyn in fommige deelen
der Scheppinge , dan het - Js ;niet , meer
dan eene Verwarring in fchyn. Ik kan
daarom het woord Verwarring niet wel
draagen. T e midden derzelve is de grootfte
Orde , even als in eenen C irk e l, wiens
ftraalen, fchoon z e allen aan den omtrek
even ver van elkander wyken-, egter in
het middelpunt. zamenloopen. In het grootfte
gewoel is hier de uiterfte ftilte. Eene
godlyke Wysheid werkt altyd zagtkens
v o o r t , z y gaat haaren g a n g , en laat
ons tyd en gelegenheid pm op te merken., ;
, V . G y hebt ook Verfcheidenheid in Gpds
Werken opgenpemd j ééne proe f daarvan
i)idde ik ü ? A . Niet
A. Niet gaarn zou ik op my neemen dd
taak om te beilisfen , wat er meer z y ,
Eenvormigheid o f Verfeheidenheid : de laatfte
is zeker grooter , dan men gemeenlyk
denkt. Laat er, tien duizend. Bladeren aan
eenen Boom zyn ; gy zült er egter geen
twee vinden , vohnaakt aan elkander
gelyk. Er zyn meer dan vyfentwintig duizend
Planten , en egter zyn er geen twee,
onder die allen , van dezelfde gedaante;
Laat tien duizend Bladeren van eenen Eiken-
booin gemengd worden met tien duizend,
Bladeren van eenen Beukenboom , z y kunnen
egter alle ligtlyk onderfcheiden worden;
Het oneindig Vernuft van onzen Godlyken
Schepper blinkt hierin zigtbaar uit.
V; G y hebt ook van Overeenftemining
gefprooken.
A. Deeze eigenfchap blykt uit het zo
even gezegde. In de algeineene Verfchei.:
denheid is eene algeineene Gelykvormigheid:
deeze beide Volmaaktheden beftaan te zamen
in de Schepping , en hoe meer gy ze pnt-
dekken z u l t , hoe meer U de Vohnaakt^
heid der Waereld openbaar zal worden
een zeker teken ^ dat de wysfte Werk--
meester in dit alles de hand moet hebbeü;
V. De Wysheid hoorde ik ¡U ook op<3
hoeinen.
A. Voorzeker! deeze hoedanigheid is döof
I. DEEL. B