
• • i r » r , i . Fr « '' i | > ' Î ri Ç t ' ! ’ . M « ' II
354 V O E D I N G . G R O E I .
zorgen ------- De S teu r , E l f t , en Salin in
den Zomer , de Haring in ’ t Najaar , en de
Spieringen in den Winter geeven ons ' vrien-
delyke bezoeken , wanneer w y hen, in den
wyden Oçeaan niet kunnen gaan opzoeken.
V. Ik heb nooit myne aandagt bepaald,
om de geregelde opvolging deezer Voedfelen
naauwkeurig na te gaan. W y zien dingen
over het hoofd , die men zou zeggen , niet
uit het oog te kunnen verlooren wonden.
Dan , hadt niet de Schepper al dien omilag
kunnen voorby gegaan hebben ; hadt Hy niet
ons leven van eene Beweging kunnen doen
afhangen , o f daardoor kunnen doen beftaan ?
A. W y behooren nimmer te vraagen , wat
onze Schepper hadt kunnen doen ; want dan
gaat men te verre. - H y hadt * ons, zonder
Spys kunnen doen leeven. W y moeten altoos
en alleenlyk jecten op het geen Hy
gedaan h e e f t , en dat zal altyd wyze r en
beter zyn , dan het geen H y niet gedaan
heeft. Hing ons beftaan Van' eene Beweging
, o f van iets anders a f , ligtlyk zouden
we ..ons dan verbeelden onafhanglyke-
Schepfelen te z y n , welk denkbeeld alien
Godsdienst zou verwoesten , en den Mensch
tot een onverdraaglyk trotsch Schepfel maaken.
V . Hoe veel heeft dan de Mensch tot
OPGROEYING noodig ?
A, Hy
A F N E E M I N G V A N D E N M E N S C H . 3 5 5
A. Hy zal ten minften vj-/ponden Spys eii
Drank dagelyks noodig hebben , en dus , in
denig jaaren, vierenvyftig duizend zevehhonderd.
tn vyftig ponden V o ed fe l; waaruit gy
kunt zien de noodzaaklykheid, dat er zo
veel van alles gefchapen werdt. ___ Ondertusfchen
dient , mogelyk, alleen A e t twee-
honderdfle deel van die vyf ponden tot Voedf
e l , wordende het overige uitgewaasfemd o f
uitgeworpen. Hierdoor groeit de Mensch
tot zyn zestiende o f agttiende jaar ; en wanneer
hy tot den volwasfen ftaat gekomen>is,
begint hy al vroeg , ongemerkt , te verval-
Jen, waarvan de dikte het eerfte teken i s ,
zynde dat een overtolJig V e t , ft welk het
Lichaam doet zwellen. D it gebeurt na het
vyfehdertigfle o f veenigfie jaar , wanneer men
tevens lo g g e r , de Lichaamsdeelen vaster en
kraakbeenig, het Kraakbeenige beenagtig, ep
'de Vezeis harder worden. Dan droogt ook
de Huid o p , de Rimpels verfchynen, het
Hair wordt g r y s , de Tanden vallen uit j en
het onderfte Kaakebeen zieh verlengende,
krygen z y , die tot deezen trap van ouder-
dom komen, eene uitfteekende Kin , e,enen
ingevallen M on d , en een krom Lichaam;
Dit neemt trapswyze t o e , van de veertig
tot de zestig ; doch fneller van de zestig tot
de zeventig jaaren. ------------ D a n , vermids de
hraakbecnige en andere deelen in de Vrou-
Z 2 wen
q.-'
I /J It1 1 «i 'ñAîS ', - À