m r ;
! ( t
Í F i ¡ '' ;
:s
lu *• 3H '
J /
'J •: . ' i
U-f ;
Ikï Irm F' ' “’ I
h v’
i’ ' I .{
II
V
'! /F
l'.T
"•I
t ÎH
I Iv f !
I ! 'fl
t H j
i .
si"
J ! Í
■Ì ' i
"i s ;
"î ' fli Ij Í H Ji
266 E C H O . R E U K .
Weldoener en Verlosfer der Waereld. De
woeste Konlng Saul vondt er de meeste
verligting In , by de bevige wilde gemoeds-
ilormen. Dat was Saul eene verademing, en
■het werd beter met hem. i Sam. X V I: 23.
V . Wat is een e c h o ?
A . Niet anders dan eene wederomkaatzing
van het Geluid , dat is , van de drillende
Lucht , wederkomeride ' van Bergen , Boomen
o f Muuren , tegen welken de Klanken
ftuiten. Als men Muuren , opzetteiyk , daartoe
bouwen w i l , gelyk men op fommige
plaatzen in Italie heeft gedaan , o f Bosfchaadien
wél wil aanleggen , - kan men ¿0
veele Echo’s hebben , als men begeert. Op
de Merwe tusfchen Gornichem en Dordrecht
zyn verfcheiden’ plaatzen , daar ik er drie
ontdekt heb : tç Leiden by ' de Lootskerk
heb ik er eene gekend, daar men, roepende
, v y f Echo’s kon hooren. Hiervan in ’ t
vervolg één woord meer ! — - Het Gehoor
is 'nuttig , dé Mu2jiek is aangenaam , de
'E ch o ’s zyn aartig.
V . Verklaar my nu ons derde .Zintuig.
Zien en hooren zyn twee even verbaazende
Zinnen ; de r e u k zal misfchien niet minder
z y n ? ■ " ■
• A. De w y ze Schepper heeft den Reuk in
den hel' s , éven boven den Mond, .geplaatst,
op dat wy het goede ep het nuttige door
zy-
E Ü K. 267
zynen eigen geilr zouden kennen, én dit
ons behaagen : ook op dat w y onreine, rot-
'tende P f ftinkende Spyzen j eer dat ze in.
den mond ea vervolgens in de maag komen
, waar ■ ze alles in wanorde zouden
brengen , en veelal ons door befmetting den
dood aandoen, aanftonds zouden ontdekken
en wegwerpen. Om dan ,, ten eersten , een
volkomen berlgt van alle Geuren te hebben ,
heeft God ons twee Neusgaten gegeeven ,
op d a t , het eene door eene verkoudheid
verftopt zyn d e , het ander dienst zou. kun-
pen doen, Hy heeft dezelven beneden zeer
wyd gemaakt, om eene groote veelheid van
'Reuken te- kunnen vangen. Z y zym hinnen
bezet met fyne Hairtjes , om Diertjes 'en
Stofjes ■ afteweeren , om de lucht te vefdee-
len , en ’ t zintuig des Reuks te verftéfken.
Aan den top loopt de N e u s , opzetteiyk ,
Baauwer toe , om met' grooter kragt t e kupnen
werken. ------ Wanneer w y oWiWéeg
e n d a t ééne Bloem miUioene-n Reukdeelen
in eene kamer verfpreidt , en de Dampen
der fpyzen zo fyn zyn , dat het beste Mi-
-croscoop dezelven aan het Oog niet vertoonen
k a n , hoe keurig en teder zyn clan niet
de Reukzenuwen ! w e lk en , maar even aangedaan
, aanftonds verftag aan de Ziel gce-
ven van de lieflykheid , o f ftank' der geuren
, dat w y rM M noemen. Op deeze alles
I :, ; ;
r , . ,
r : ' ; .J