Afdeel 3’ ^ön VruSc is een langwerpig Doos-
'xxii. *vje> in *t midden wat uitgezet, met den vier-
Hoofd» „ hoekigen Stempel gekroond , vierhokkig,
a vierkleppig, bevattende veele lange dunne
Zaadjes.”
DewyldeKlaauwier eindigt in den bodem van
het Blaasje, dat ’er dus aan hangt; zofchynt het
Dekzeltje noodigom ’cVogt daarin te houden ,
welk het door de Klaauwier ontvangt. Doch Rum-
PHrus merkt aan , dat deeze Kannetjes doorgaans
regtop flaan aan ’t end der Klaauwiereö of een
weinig fcheef, fomtyds inwaards, fomtyds
uit waards ; ’t welk te beter plaats kan hebben,
om dat het een kruipend Gewas is, naar de
Bofchtouwen eenigszins gelykende, maar kleiner.
De Kannetjes zyn aartig met roode of
paarfchachtige ftreepen getekend en het Dekzeltje
is meest rood. Volwasfen zynde, hebben
zy ongevaar een half Voet langte en zyn meer
dan een Daim wyd; zo dat zy Ibmtyds een half
Pintje Water kunnen houden , ’t welk zuiver
en drinkbaar is. Somtyds komen ’er eenige kleine
Diertjes , als Wormpjes of Garnaaltjes, in
voor. De Aapen en ander Gedierte bedienen
zig daar van tot dorstlesfchinge, en de Indiaa-
nen hebben veele bygeloovigheden daaromtrent.
Men wil dat het Kruid, een Geneesmiddel zou
zyn tegen vergiftige Slangenbeeten.
Van de Fyfmannigen, in deeze Klasfe,zyn-
dè Geflagten van Gluta en Pasfifloru onder de
Heefters befchreeven, des alleenlyk overblyfr.
A ve-
A Y E 8 l i l . ^
A fdebL .
Dit naar den Franfchen Hertog d’Ayfn, een
groot voorftander der Kruidkunde, benoemde stok*
Geflagt, heeft een vyfbladigen Kelk; de Bloemblaadjes
tot een Ster famengegroeid met lange
Nagels, en onder die Ster vyf Meelknopjes;
waar boven het Vrugtbeginzel, met een enkelen
Styl, wordende een vyfhokkig Zaadhuisje.
Het bgyat de drie volgende, altemaal Ame-
rikaanfchg Soorten.
( 1 ) Ayenia met Hartvormige gladde Bladen. i* .
' / Ayenia
(2) Ayenia met Eyvormigrondachtige Wolligefazitz
Bladen. kleme*
ir.
(3) Ayenia met Hartvormige ntigachtige BIa~'
den 3 het Vrugtlegintel ongeftetld. wollige
in-
De eerfte van deeze drie, in de Westindiën
en in dat gedeelte van Zuid-Amerika, weJk.men
Cunaana noemt, als ook in Peru groeijende,
wordt door S l o a b e genoemd Onregelmaatige
Plant met Bladen van Brandenetelen, een vyfbla
(1) Ayenia Fol. Cordafls glabri*. Sy/}. Kat. XII. Gen.
ioio. Veg. XIII. p. 6*3 LlNN. A 3 . Sttcfy. 17J6. p, 23. T .
2. Loefl. It. 200. Dayenia inetmis flee. Mil l . Di8 . T.
118, Urtica folio aculeata 8cc. SLOAN. Jam. jo . Hiß. I. p.
209. T. U*. f-
(2) Ayenia Fol. ovato - fubromndis tomentolls. L.QSFL»
It. 200 , 2J7.
(3) Ayenia Fol. Cord, pubesoentibus See. LOEFL. It. 199.