Afokl. te behooren- De J°n§e Heer> zya Zoon, maakt
xxu *^aar £>een gewag van onder de Ivaapfche Plan»
H oofd- ten, door zyn Ed. opgetekend.
l Volgers L i n Ni® us heeft deeze Soort een
hke rreeu ftyvc overblyvende Steog, die Pluizig Wollig
w>wr>- is, met paarfehacbtige Streepen; de Bladen van
onderen met eene witte Wolligheid; de Straal-
blommetjes vrugtbaar, geel van onderen , rood
geftreept, met een geelen Stamper en Loodkleu-
rig Halsje. Dus komen dan de drie laatst be*
fchreevene Soorten, dewyl Zy de Schyfblomme-
tjes onvrugtbaar en die van den rand vrugtbaar
doch Vrouwelyk hebben , met deezen Rang
van Noodzaaklyke Veelwyvery overeen; de anderen
zyn ’er, wegens de gelykheid van Geftal-
t e , bygevoegd. in-de Herfst brengen deeze
Planten, hier te Lande, goed ryp Zaad voort,
B. Met den Stoel Kaffig.
£8.) Ruigaart met de Straamommetjes onvrugt-
haar en gekleurde Kaj'jes langer dan de
Straalkrans; de Bladen dubbeld gevind,
Liniaal.
(9)
VIII.
ArSotls
paradoxa.
Wandal*
tige.
Granaatappelachtig uit den rosfen of licht rood i s : Aatta
Sanguine punicea , Ovid. ’t Js jammer dat men niet altoos
du.delyke benaamingen voor de Kleuren gebruikt. Volgens
Bzbgius zyn in deeze de Schyf blommetjes geel mee paar-
fche Styl en Meelknopjes. Vid. Burm. Afr p. j Ss4 T. 57.
f. i.
(s) Arftotis Flosc. Rad, fteril. Paleis Coloratis ScC. Am.
Atol, IV, p, 330. Planta, Pluk. Pkyt. 312, f, y.
ï H G E N S I Ai
(■ 9) Ruigaart met de Straalbl. onvrugtbaar en
Kof jes zo lang als de Schyf blommetjes; de
Bladen gevind Liniaal.
Zonderling izyn deeze Kaapfe Plantjes , inzonderheid
de eerfte, door zyne lange Kafjes,
die zo wel geel zyn als de Straalblommetjes ,
waar door de Bloemen zig als dubbeld of vol*
bladig verwonen. Zy zyn in beiden geel,en het
Loof is fyn verdeeld.
(10) Ruigaart met de Straalbl- onvrugtbaar;
getand.
( i l ) Ruigaart met de Straalbl. onvrugtbaar, AmbmeU
de Kafjes korter dan de Blommetjes ; dé
Bladen meervoudig gefmaldeeld Liniaal.
Van deeze is het ééne een Heeftertje van twee
Voeten hoogte , dat naar de Chryfanth of Co-
tula; het andere een zeer klein Plantje, dat
naar
fo) ArÜotU Flosc. Rad, fteril. Paleis Flosc. Oisci at^uan-
tibto &c. Am.' Acid. VI. Afr. *4- Aflet Foliis integt.s an*
guftis, Flore magno luteo. Burm. Aft. i?6- T* 6s* f I*
( jo , Arüoth Flosc. Rad. fteril. Fol. pinnatis &c
tis Pilifera. BERG. Cap. ns» Chryfanth. Fol, Pinnis bre»
visf. dentatis. Burm. Afr. I7J. T. 64- Chryf. ^thioP. 5cc.
Flus, T f- ,*•
(11) Ar Slot is Paleis Floscul. brevioribus, Fol. fupradecom-
pofitis Linearibus. BERG. Cap. 324- Chamxmelum putni.
lum Fol. anguftis pinnatis» BURM. Afr. 174» T. tfj. f.
iV t
A fDERI* i m l
XXI. l ’i’l ' , 'vm 1
Hoofd*
STUK.
IX. *
ArSlotii
Paleacea. . "r ‘.{BI
Kaffige. 1
ï f& Ëf f\ 1
■ Vj/JÏ- 1
W A
X.
Dentata.
Getande.
r a »
I É