AfÏ kri GichorcyachtiSe Bladen , gelyk de voorgaan*
xxi. dCj paarfch.
Hoofdstok.
(öo) Santorie met de Kelken byna weerloos ,
c iZ u r ta eenigermaate gebaard, gejlraald; de Bla-
Radi^ta? den Findeelig.
Geftraal-
In Siberie groeit deeze Soort, die naar het
Xeranthemum veel gelykt, en daar van deoby-
naam heeft. #
ï,xr. C&O Santorie met de Kelken Borjlelig gedoomd
Nu^lzkt-' de Bladen onverdeeld, de bovenjlen eeni-
$engige. germaate getand: de Steng byna naakt s
eenbloemig en eenvoudig.
Een zonderlinge figuur maakt deeze onder de
Soorten van dit Geflagt : zo door haare rondachtige
, onverdeelde , gladde Wortelbladen,
als door haar Stengetje, dat byna ongebladerd
is, van een tot twee Voeten hcog. De Kelken
hebben flegts puntige Schubben. Zy groeit in
Italië en Proven ce op de Gebergten.
Lxti. (62) Santorie met rappige Kelken , geheel
Croeodi-
Sum. een•*
Syrilche.
(60) Centauren Cal. fubinermibus &ë, Xeramhetimm Eru-
cifolium. Sp. Plant. 1201. Xetanth. Receptaculis Pilofis, Fol.
pinnatifidis. Gmel. Sib. II. p. 108. T. 47. f. 1.
(61) Centaurea Ca!. Setaceo - Spinofis &c. Ger. Prov.
187. T. J. Jacéa Folio Cerinthej. Herm. Par, T. p. 190.
Jacéa Intybacea Cap. mbro Spinofo. Bars. I». m i , Bocc.
Mui. n . p. 60, T. 4?.
(62) Centaurea Cal. fcaiiofis &c. Crocodilinm Vulnexarix
foeenvoudig
gedoomd', de Bladen Vindeelig IV.
effenrandig; deuiterjle Slip grooter enge- A™EEL*
tand hebbende. Hoofd-'
s t u k .
f63) Santorie met de Kelken geheel eenvoudig nxur.
gedoomd; de Bladen Tandiwys' gevind
en ruig: zonder Steng. kl^|J
Sterk gedoomd zyn , wederom, de Koppen
van deeze , waar van de eerfte in Syrië, de
andere in Egypte groei jen zou. V a i l l a n t
heeft » om die reden, daar van zyn Geflagt van
Crocodilinm gevormd , als gezegd is. De rand-
-Blommetjes hebben zy naauwlyks langer dan
de tweeflagtigen, op de Schyf. pf
(64) Santorie wet de Kelken aan den rand ge- LXm
doornd; de Bladen Lancetvormig onver-
deeld, Zaagtandig eenigermaate gedoomd.
Door de onvrugtbaare Straalblommetjes wordt
deeze onderfcheiden van den Tangerfen en
blaanwbloemigen Carthamus , hier voor be-
fchreeven. De Hoofdjes gelyken naar die van
den
foliis. Va il l . Mem. 1718. Cyanus purp. Capite Spinofo
Syriacus. Barr. soi.
(6 i) Centaurea Cal. fimpl. Spinoiis &c. Am. Acad. IV. p.
S91. Crocodilium acaulon ferme , Calcitrapae foliis crasfis.
Va il l . Mem. 17:8. Caiduus Orientalis acaulos. T ournf.
Ctr. 31,
(64) Centaurea Cal. margine spinofis &c, Cyanus Fol. elf
lipticis &c. Hall. Goett, 370* Cnicus pereanis ccstuleus
Tingitanus. Herm. Luidb. 161» T. 16 j .