te# /M i j
H
m m 7. ■ ■ ■ ■ ■
244
IV. De Oostindifche heeft de Steng anderhalf
^XXni* ^0et k°°§» van ^ t e a*s een Pennefchaft, rond .
H o o fd ' en ruuw : de Bladen byna als de voorgaande,
«to k . maar de Mannetjes Bloemen, in Bolletjes ver-
£ jfm*n-gaard j komen aan ’t opperfte van de Steng voor:
*>gt
de Vrouwelyke drie by elkander in de Oxelen,
en de Vrugt heeft de grootte van een Amandel,
zynde rondom bezet met haakige puntjes.
in. (3) Klitjes met drievoudigs Doornen en drie«
fiZfuT kwabbige Bladen.
Gedoomde.
By Montpellier in Languedok komt deeze
overal op de Akkers en aan de kanten der Land»
fcheidingen voor. Zy groeit ook aan den groo-
ten Weg, tusfehen Tarascon en St. Remy in
Provence. Het fchynt dat zy voorheen in
Portugal waargenomen z y , als daar van den
naam hebbende by de Kruidkundigen, ’t Is een
Gewas, dat Bladen als die van Melde of dieper
ingefneeden heeft, van boven zwart, van
onderen wit en daar tusfehen praalt met lange
Goudgeele drievoudige fcherpe Doorens, welke
voor Stoppeltjes verftrekken, zo L 1 n n m u s
wil. De Vrugten , die kleiner zyn dan in de
gewoone Europifche en ook geele Puntjes hebben,
(3) Xaitthiun Spinis ternatis, Fol. trilobatis. t l. Ups,
a*8. H' Cliff. 443. R. Lu^db. Xanth. Spin. Atriplicii
folio. MOR13. Hiß. III. p. 6o4- S. I j. T. *. f. 3. Xanth»
Luütanicura Spinofum. Pluk. Alm. 20«. T. 25*. f. 1. Hkhm.
Parad. T. p. 24«. MACH, Hort, T, 208. VOLCK, A'«r, T,
£• 4«4»
BiÉAwMMMMlMaVJ
n f H B I
■ É i i l mm
|p
wtÊÊÊÊÊÊÊ
M’ Ö N 0 1 X I A. *45
ben, groeijen tegenover d e e z e Doornen, een-
zaam, in de Oxels der Bladen. v XXIII,*
H oofd-
A m b r o s i a . Druifkruid. s tuk .
Pentan-
De gemeene Kelk der Mannelyke Bloemend,
is eenbladig, zo wel als de Blommetjes, daar
in vervat, die driedeelig en Trechterachtig zyn:
de Vrouwelyken hebben eenen eenbladigen ge-
héelen Kelk , die aan den Buik vyftanüg is ,
het Vrngtbeginzel uitmaakende, dat een Nootje
wordt j met een enkele Kern. Het bevat de
vier volgende Soorten.
{ ï ) Druifkruid met driekwabbige Zaagtandige
Bladen. tnfii*
Diiedeelig.
Van dit Kruid , in Virginie en Kanada na-
tuurlyk groeijende en hier ,in de Tuinen gemeen,
is eene Verfcheidenheid, grooter van Gewas,
welke de onderfte Bladen vyfkwabbig heeft.
Voorts komt hetzelve, in Gehalte , meer of
min met de volgende overeen.
O} Druifkruid met dubbeld Vindeelige Bladen n.
' J Elatitr,
cnGicoter.
(ï) Ambrofia Fol. «ilebis Serrati*. Syjl. Nat. XII. Gen.
10J7. Vtg- XIII. p. 711. Ainbrofia Fol. Palmatis. H. Ciiff.
445. GRON. Virg. i8g, 147- R- L«£&. ®6- Ambrofia Virg-.
maxima , Platani'Or. folio. Moris. Hifi. III. p. 4. S. 6.
T. 1. f. 4. /3. Ambrofia Gigantea istodora, Fol. asperis iri-
ftdis. Raj. Hifi. Suppl. 109.
(a) Ambrofia Fol. bipinnatifidis , Racemis &c. H, Ups.
q 3 a*4*
II. D lit . XI. STUK.
1
Wy'Cjfmiï