A R T O C A R P U S .
Monoikia monandria.
Flores Masculi»
G a l . Spaths nulla?.
Spadix {implex, clavatus» nudus, teres,
Flosculis ionumeris fesfilibus te&us.
Ferianthium, proprium, minimum,Mem*,
branaceum , bivalve, Valvulis æquaîi-
bus , concavis , oblong's, an lemper
elaufis?
C or. nulla,
S t A m. Filamentum unicum brevisfimum, in fun-
do Perianthii. Anther a erefta, oblonga ,
longitudine Filamenti.
Flores Foeminei in eadem Arbore.
C a l . Spathoe bivalves Ovato-Lanceolate com-
ptesfæ, deciduæ.
Spadix ovatus „ Germinibus plurimis con-
natis teftus.
Perianthiim proprium nullum.
Oqstïndischen Broodboom. 443
B r o o d b o o m .
Eenhuizige eenmanDigen.
J)e Mannelyke Bloemen.
Pe Kelk. Geene Bloemfcheeden.
Een enkelde BloemJleng, geknodst,
naakt, fpilrond , met ontelbaare ongedeelde
Blommetjes gedekt.
Een eigen Bloemkasje y zeer klein , Vliez
ig, tweekleppig, met gelyke Klepjes
, die holrond en langwerpig zyn ,
mooglyk fomtyds gaapende.
De B l o e m b l a a d j e s ontbreeken.
De Meeldraadjes. Een zeer kort op den
bodem van ’t Bloemkasje. Het Meel»
knopje opgeregt, langwerpig, zo lang
als' ’t Draadje.
yroumlyke Bloemen op den zelfden Stam.
De Kelk. Tweekleppige Bloemfcheeden, Eyrond-
Lancetvormig, famengedrukt, afvallende.
Een Eyronde Stoel, met veele famen-
gegroeide Zaadbeginzels bekleed.
Geen eigen Bloemkasje.
p e Bloembl aadj e s ontbreeken.
De Stam