H H HHWHBSHÊ
E ëNHüIz ICE Kr ü IDÊN.
IV* uitgerand met een zeer klein Borfteltje, aan den
'Afdeel voet Wigvormig , van boven met een witte
hS d' Vlak» de Bladdeelen gerand van langte als de
s tu k . Bladen ; de Bloemen groenachtig , de Manne»
Vyfmem- ly^gn Ipitfer, de Vrouwelyken Trechterachtig >
n’gi‘ vyfbladig , met een Vliezigen , uitgebreiden >
witachtigen Zoom.
B. Vyftnannigen.
(tffl Amaranth met vyfmannige meer famenge*
Jielde , vergaarde, naakte Trosfen en ge-
paarde Aairtjes.
(i<5) Amaranth met vyfmannige meervoudig
famengejlelde Trosfen; de zydelingfen uit*
gebreid.
Amaranth met vyfmannige , famenge -
Jielde , opgêregte Trosfen; de zydelingsen
zeer uitgebreid; de Bladen langwerpig Ey-
rond.
XV.
Amaran-
thus Hy-
bridas.
Bailerde.
XVI.
Panitulatas,
Geplnimde.
XVII.
Sanguineus.
Bloedkleuiigé.
XVIII.
Retro•
flexus.
Omge*
boogene.
Amaranth met vyfmannige zydelingfe en
en-
( i 5) Amaranthas Rac. pentandr. decompofitis &c. Ätna«
janthus fylv, maxiraus Nova; Anglia. RAJ. Hiß. zoi. Ama-
ianthus major &c. Babb- It* 648.
(IS) Amaranthas Rac. pentandr. fupradecotnpofitis 3cc.
(17) Amaranthas Rac. pentandr. compofitis «eats See.
Amar. Racemis Cylindricis &c. Mil l . DiB. T. 22.
(18) Amaranthas Rac. pentandr. lateralibus tcrminalibus-
que) Caule fiexuoib Y Ulotb Ramis tetrocutvatis. Syft.
XII, XIII,
Wæ èêêè
M o n o i k i a ; 2ÓI
• tndelingfe Trosfen ; een bogtige'ruige Steng
en agterwaards omgekronide Takken.
In verfcheide deelen van Amerika komen
deeze voor. De Bafterde groeit in Virginie,
Nieuw Engeland en elders ; de Bloed-
kleurige op de Bahama - Eilanden ; de Ornger
boogene in Penfylvanie. Deeze laatfte is zeer
byzonder, dobrdien de onderfte Takken, eerst
agterwaards omgekromd, zig vervolgens opreg-
ten, tot twee Voeten hoogte. Voor’t overige
gel y ken deeze Soorten veel naar malkander.
(lp} Amaranth met vyfmannige famengejlelde xix.
Trosfen; de bovenjle en onderfte knikken-
de : de Bladen ftomp Eyrond gefpitst. VUQ^it
Deeze Oostindifche verfchilt van de overige
vyfmannigen, dat de Trosjes geel zyn, de Stengen
rood geftreept ; de Bladen van onderen
paarfch geribd ; de kleine Bloemfteeltjes ruig-
achtig wit , waar het grootere,dat bleekrood
is, tusfehen door blinkt,
(20) Amaranth met vyfmannige famengejlelde ; ' xx.
digt getropte , opftaande Trosfen en Ey-dffffjff'
ronde gefpitfte Bladen» ( 2 g Pa«fch«.
CiS>) Amaranthas Racem. pentandr. compofitis , fummo
infimisque nutantibus, &c. BüR.M Fl. l»d, p. 200.
f20) Amaranthas Racem. pentandr. comp. conferris ere&i*
&c. H. Cliff. 444 H. ups. 28é. R, Lufdb. 41p. N. 3. Gron.'
Virg. 148 Amaranth. maxim us fylv. Nov* Anglia:, fpicis
pdrp. Tourne. Ir.Jl. 13;. Amaranthus piirpureus.DoD. Ptmpt,
ISJ. Lob. le. 2JO .
' & 3 II. Deel. XI. Stuk.
IV;
Afdeel,’ • O.rsflÊm
XXIII.
Hoofdstu
k ,
Pentan* ‘0m È
dria. m
gÊÊÊÊ
fe l
i l l
mfM s \
B I
H t
. A g a s s i