omgedoopt, omdat Adenosma R. Br. een geslacht van de Scrophu-
lariaceae was. Later, in de Genera Plantarum, veranderde Bentham
zelf den naam van het geslacht weder in Cardantliera Ham.,
een naam die door de latere auteurs niet als geldig werd erkend.
Ter vermijding van een noodelooze omdooping van soorten, houden
wij ons evenwel aan den naam Cardanthera.
6. HYG-ROPHILA. R .B r .
Kelksegmenten 5, smal, onder het midden min of meer
vergroeid, nagenoeg gelijk. Bloemkroonbuis weinig verwijd;
zoom lang, 2-lippig; bovenlip opgericbt, hol, 2-tan-
dig of kort 2-spletig, onderlip opgericht-uitgespreid, aan
den top 3-lobbig, met 2 plooien onder de in den knop
naar links gedraaide, soms zeer smal dekkende lobben.
Volkomen meeldraden 4, tweemachtig of 2, alleen de
voorste, onder bet midden van de buis vastgehecht,
onder de bovenlip samenneigend; helmdraden aan de
basis kort verbreed en in zijdelmgsche paren tot een
afloopend vlies verbonden; helmknoppen langwerpig,
2-hokkig, met evenwijdige, gelijke, stompe of zelden aan
de basis gestekelde hokjes, die der achterste dikwijls
kleiner of mislukt. Ribben stuifmeel; poriën tusschen
de ribben. Schijf onduidelijk. Stijl aan den top, lijnvormig,
gekromd, de achterste lob tot een zeer klein
tandje verminderd; eitjes in elk hokje 4— o o , zelden 2.
Doosvrucht langwerpig lijnvormig, rolrond en zonder
groeven of dwars op het tusschenschot samengedrukt,
met aan de rugzijde gegroefde kleppen, vanaf de basis
2-hokkig. Zaden co of zelden 4, ei- of cirkelvormig,
plat-samen gedrukt, met dunne kleine werphaken; kiem
gewoon.
Opgerichte of neerliggende, kale of behaarde, ongewapende
kruiden met tegenoverstaande, gaafrandige of
getande bladeren. Bloemen nagenoeg ongesteeld of tot
eindelingscbe of okselstandige kransen vereenigd of zelden
alleenstaand in de bladoksels; schutblaadjes klein
of lijnvormig.
Aantal soorten omstreeks 30; in alle tropische gewesten, voornamelijk
moerasbewoners. Lindau verwijdert hieruit het geslacht
A8teracantha Nees, met gestekelde bloeiwijze, dat, Bentham bij
Hygrophila had gevoegd. Daarentegen neemt hij er Nomaphila BI.
in op, welk geslacht door de bijschermvormige bloeiwijze door
Bentham was afgescheiden. Men kan in de soorten van den Maleischen
Archipel onderscheiden de secties: 1. Hemiadelphis met 2
meeldraden en eindelingsche aren; 2. Eu-Hygrophila, met 4 meeldraden
en de bloemen alleenstaande of in okselstandige, niet tot aren
verbonden kransen.
7. N OM A PH ILA BI.
Kelk 5-deelig, met lijnvormige slippen waarvan ééne
dikwijls het grootst. Bloemkroonbuis aan de basis of
tot het midden dun, met eene verwijde keel; zoom lang
2-lippig, lobben in den knop naar links gedraaid; bovenlip
opgericht, min of meer hol, kort 2-lobbig; onderlip
uitgespreid, aan den top 3-lobbig, bol of met plooien
tusschen de lobben. Meeldraden 4, tweemachtig, in de
keel bevestigd, onder de bovenlip boogvormig gekromd ;
helmdraden aan de basis kort verbreed en de zijdeling-
sche paren tot een afloopend vlies verbonden; belm-
hokjes langwerpig, min of meer pijlvormig, 2-hokkig
met gelijke, evenwijdige, stompe bokjes. Ribben-stuif-
meel, poriën tusschen de ribben. Stijl aan den top lijnvormig,
teruggekromd, de achterlob tot een zeer klein
tandje verminderd; eitjes in elk hokje 4—oo . Doosvrucht
lijnvormig, min of meer rolrond, met aan de rugzijde
gevoorde kleppen, van af de basis 2-hokkig. Zaden 8,
schuin eivormig, plat samengedrukt, met dunne werphaken.
Opgerichte, kale of zachtharige kruiden met tegenovergestelde,
gave of getande bladeren. Bloemen in losse of
dichte bijschermen, die in de bladoksels geplaatst en min
of meer gesteeld en voorts wijd vertakt zijn en waarvan
de bovenste een losse bebladerde pluim vormen. Schutbladen
klein.
Omstreeks 7 soorten in -tropisch Azië en Afrika. Het geslacht
wordt door L indau bij Hygrophila Nees getrokken.
8. A S T E R A C A N TH A Nees.
Kelk tot de basis 4-deelig, achterst segment het grootst,
het voorste 2-tandig. Bloemkroon diep 2-lippig, met
2-spletige bovenlip en 3-spletige onderlip en twee plooien
aan de basis der slippen. Meeldraden 4, tweemachtig;
helmdraden aan de basis in zijdelingsche paren vergroeid;
helmknoppen 2-hokkig, gelijk; helmhokjes evenwijdig,