. 1 3 7 6 G E E S T E L Y K E
mentlyk aan de bcenderen en zenuwen ontbrak
de invlocd van het vloeibaar zenuwzap, en van
het blocd. Ik ben ah cen dronken tnan, cn als
emmariy diende wyntebovmgaategcneytbeyn
hoos amyr funteirmmenos, kai hoos anthroopos
ßlnechamenos apo oinou. Wegens angft des gemoeds,
weet hy nie:, wat hy zoude zeggen,
Wae hy zoude doen, werwaarcs hy zieh zoude
keeren of wenden. De levensgeeften worden
in ongeregelde verändert, oni dat zelfs de bcweeging
van het bloed in verwarring is. De
uitwerking is hierdczelve, maardeoorzaakongelyk,
als van zodanigen, dien de wyn te boven
f aat; dicdwalenvan den'wyn^ en dooknvan
en ßercken drank, die d'-Ji'älen in het gezichte,
die-waggelen in't gerichtet Jez. XXVlIi. 7.
J e r e m . X X I I I . vers ij.
Vaarom Kpid de H E E R E der Heirfcharen 'van de^^e Propheten atzpo : Ziet, ^
met aljfem fpy^igefi, ende met gdlewater drenken.
Zie Jerem. IX. vers 15.
J e r e m . X X I I I . vers 13. 14.
Ben ik een GOD 'van mhy, fpreekt de HE E K B , ende met een G O D nim
•verre ? Zoude ^ch iemant in •verborgene plaat^en können verbergen, dat ik. hem
niet en x^ude ^en^ ffreekt de H E E R E ? En vewulle ik^niet den hemel ende
de aarde, f^reekt de H E E R E i
G O D heeft zyne volmaaktheden , die oneindig
zyn , aan onze reden willen openbaren
en door de reden , en in zyn geopenbaarde
Woord. De reden ziet ook en bevat, dat
G O D niet alleen een GODis van naby^ ergizoon
, maar ook van verre , porrhooten , deweike
nu op de aldervolmaakfte wyz e beftaat,
van eeuwigheit geweeft is, en in alle eeuwigheic
zal zyn: die deze ecuwige volmaaktheden
-van anderen niecheefc verkreegen ¿oorFcrgoodingen
, maar van zieh zelven bezit, G D
V A N Z ICH Z E L V EN. Hy isdiegedtiurige
, die Oude van dagen Dan. VII. 9.
ouder dan alle tyd, als die geweeft is voorde
Schepping, zodanig als hy nu is , en blyven
z a l : nergensingeflootenj geneplaatsuicgeflooten,
overaltegcnwoordig"; diealledingen, de-
•welke in 't Geheel AI zyn en gefchieden opde
alderwyfte manier bcftiert, en op het alderkrachtigfte
uitwerkt : Een alweetend Weezen,
alles ziende, voor ic/'e« niemand zig invcrborgene
plauzen zoude können va-bergen, dat Hy
hem niet zoude zien. ei krubeyfetai tit en krupbaiois,
kaiegoo otik opzomai aaion. Wien de
•u'olken gene ver herging zyn. dat hy nieten zoude
zien Job XXI I . 14.. ten overaltegcnwoordig
Weezen, het 'xeik de hemel en aar de vervult.
Onchi ton ouranon kai teyn geyn egoo pleyroo
: niec uicgeftrekter wyze gelyk de ftolFe,
niet zodaniger wyze , dat g y zoud können zeg-
gen, dat hier een gedeelte van G O D opaarde
was, een ander in den hemel. Verre van
ons, ja op het alderverfte van ons moeten zodanige
ongerymde gedachten van G O D zyn.
Hy is een Geeft, cen onverdeelbaar, eenonvcrdceld
Weezen. Alles, wat in G O D is,
dac is G O D . fVaar zoude ik henen gaanvoor
imen Geefi? Ende waar zoude tk henen vlieden
voor 11 w aangezicht? Zoo ikopvoere ten hemel^
gy zyt daar, of beddede ik my in de helle, ziti
gy zyt daar. K CXXXIX. 7. 8. Algrotven
zy tot in de helle, zoozalzemynehandvan
daar halen : ende al klommen zy in den hemel,
ZOO zal ik ze van daar doen nederdalen. Ende
al verßaken zy haar op de hoogte van Karmel,
ZOO zal ikzé nafpeuren ende van daar halen:
ende al verbergden zy haar van voor myne cogen
in den gront van de zee, zoo zalik van
daar eenerjangegebieden, diezalze byten. AmosIX.
a. 3. G U D werkt overal, by gevolg
is hy overal. Daar kracht is, daar is ook b«c
zyn. Hyziet van den hemel , aldertegcnwoor«
digft op de aarde zelve, en allerhande diepfte
fchuilhoeken. Hy werkt en is in het herte.
en alle de buisjes van hetmenfchelykligchaam.
Hier uit vloeyen de aldernurtigfte alderweetenswaardigfte
onze plichten cegen G O D , tegenonzcnevcn«
menlch en ons zelven.
J e r e m . X X V . vers i,
en noodzakelyke gevolgen voor
Het mord, dat tot geremia gefchiet is over het gantfche volk, 'van fudàytn den
werden jare njan Jojakimy ^one van Jofia, Koning van ^ftda, datms't eerjit
jaar vm Hebugadne^r, Koning van BabeL ^^
w
N A T U U R
De Eigengeloofwaardigheit van de H. Schrift
word onder anderen gebouwd op de Tydrekening,
dewelke zelve de Starrekunde voor
grondflag erkent. Inderdaad können nergens
anders door de ftrydigfchynende piaatzen overeengebracht
worden, of de voorkomende verfchillen
opgeloft, dan uit de echte en alderzekerlle
gronden van deze wetenfchap. Door
Goddelyke ingeeving Jeremias gedreeven
geworden omcrent de Babylonifche Gevangenis
van het Joodfche Volk op het Vierde jaar
van Jojakim , het eerjie van Néucadnezar.
Maar Dan. I. i. k-wam Nebucadnezar. Körting
van Babel, in het der de jaar des Koninkryks
Jojakims des Konings van Juda, lejeruzalem,
en belegerdeze. Om deze knoop te
ontftrikken moetmen Westen, dii Jojakim ovtt
het Koninkryk van Juda, hem door Pharao
Necho overgegeven , geregeert heeft den tyd
vanXI. jaren, do^ à-n Nebucadnezar het
einde van het derde jaar volgens Daniel-, ofin
het lopende Vierde jaar Jeremias, oorlog
gcvocrd heeft met jojakim lecnman en cynsbaar
aan den Koning van Egipte, en hem t'
ondergebracht. De beloofde trouw aan dezen
nieuwen Heer had de Koning drie jaren lang
gehouden, op het zevende eindelyk of achtfte j
daar van afgeftapt , welke wederfpannigheit 1
aan Nebucadnezar gelegendheit heefc gegeven '
om Jeruzalem voor de tweedemaal te belege-1
ren , op het 11. jaar van , en dezen'
wcderfpannigen Koning in ketcnen gebonden |
K U N D E .
,op den weg turTchen de heilige Stad en Babel
te dooden, en als cenen ezel onbegraven te latcn
leggen. Drie maanden daar na is ook Jechonia,
zoon en opvolger Jojakim, naac
Babel weggevoert, in het zevende jaar van
Nebucadnezar, ennaderhand ZedekiahatMAc
jaar zyner regecring verftrceken zynde , hec
achthiende van Nebucadnezar. De Oplofling
v«an deze Gcfchiedenis geeft licht aan andere
piaatzen Jerem. LH. 28 alwaar de eerße wegvoering
van 3023. Joden wordgeftelt op het
zevende jaar van Nebucadnezar , in welk Jechonia
is weggevoert geworden. zoo dat die eerfte
wegvoering op het derde jaar van Jojakim ^
waar van D.z«;f/meldingmaakr, vanzoogroote
aangelegendheit niet is geweeft, en alleen de
voornaamfte Dienaars van het Hof en des Konings
getroiFeii heeft. Maar de tweede wegvoering
van 832. zielen Jer. LH. 29. is voorgevallen
op hec 18. jaar van Nebucadnezar.
En op het 19, jaar is verbrand het Huys des
HEEREN y ende het Huys des Komngs:
mitsgaders alle hnyzen te Jeruzalem, en alle
huyzen der Grooten Jerem. LH. [3. Emdelyk
is de derde wegvoering i/s. 30. van zevenhondert
vyf ende veertig in hec 23. jaar van
Nebucadnezar. Uitallen welken klaarlykblykr,
dac Jeremias , deze rede, welke wy nu verhandelen,
heeft gefprooken tot het Volk voor
de eerfte ßelegermg vzn Jeruzalem, bylietingaan
van Nebucadnezars Ryksbeftier.
j e r e m . X X I X . vef 10,
U^ant ^00 ^id de H E E R E ; ^eherly^, als ^ventig jaren te Bähet pullen vervuld
zyuy ik^uiiedeu be^ek^n: ende myn goet mord overuvermk^n,
Zoon Evilmerodach benevens zyne Echtgenooce
Nicotre hec Ryk beftiert hebben.
de vader van zyn verftand beroofd zynde
geworden - _ _
De jaren van Evilmerodach , zoon van
Nebucadnezar, die Joachim had wegge-'
voert 2. Kon. X X V a.
De jaren van Neriglijfor , fchoonzooti
van Nebucadnezar, bloedverwand van
Evilmerodach, ingeflooten zyndederegeering
van zynen zoon Lahoraßar-chadum - f ^
De jaren van Nabonnad , Nabonnedust
den zoon van Evilmerodach, neef v^nn Nebucadnezar,
y>/oTdvanJofefus, Hicrouymui,
lormeÜHS. Ußerius, anderen gezegd
Belzazar zelf geweeft te zyn Jerem.
X X V n . 7. Dan. V. 2. ^o. do^hy Scaliger,
Petavius, anderen de Medier
Dan. V. ¡1. voorde Krygstochtvan Q -
I f .
Van dien tyd af cot de inneeming vaa Babylon
B y aldten dác 'er iets in de Gefchichtfchriften
van de Aloude Huisbedceling geheugenis
en aandacht overwaardigis, zooishetzekerlyk
die gevangenis van G U DS Volk in Babel,
voornamentlyk derzelver zeventigjarige-duuring,
door den Vooruitziender niet alleen voorzegd
in dezen zyncn brief aan den Joden in
Babel gevangen , maar ook kap. XXV. 12,
in zyne redenvoering aan den inwoonderen der
H. Stad gedaan. De waarheid endevervulling
van deze Godfpraak blykt en vcrcoont zieh uic
de volgendo Tydrekenkundige fomme.
Van het ingaande vierde jaar van Jojäkm,
het i i . van Nabopolafarof Nebucadnezar
den Vader. of het eerße van Nebucadnezar
ázn Zoon Jerem. X X V . 1. Dan.
;}• 2. tot aan de verwoefting van Stad en
•Tempel, zyn doorfchooten omtrentjaren -19,
,Tot aan de dood van Nebucadnezar,
Wiens regeering op 43. jaren word geftclt,
»ngcilooien zynde die jaren, in welken zyn
H)
Ii