l i N A T U U R K U N D E . 1279
waar van op de , van alle w ^In-^rc • T.fikhnü/fU Ifhytnnf HUn ' I elken wy elders breed- aangeliaalde plaats :
waar van Exod. XXX.
34..
voerig hebben gehandelt.
Fig. A. Saftraan. Fig. B. Kurkuma.
H o g e L IV". vers ly.
, alle is gene
put uit allerley wateren gevalliglyk te zamen
lopende , en door tìilftaan verrottende , maar
welker warerea levende water-opborrelingen
hebben. In plaats vaneene Uitlegging zynde
welken wy eiders hebben
befchreeven , en in een geheel Boek heefc
verklaarc
Dewelke waarlyk een heerlyk
zinnebeeld opleveren van de
Ezech.XLVII>
1—5. van de
Joann IV. 14. VI I . 58.
Openb. XXII. I. Namentlykvandegavenvan
den H. Geeft , van dewelken 00k een Zinnebeeld
zyn geweeft die wateren dooronderaardfche
buizen
Hogel. IV. vers
De verandering der winden is eene zaakvan
het aldergrootfte belang en gebruik, eenalderzichtbaarft
bewysdom van G ü D S Goedheit
cn Wysheit. Deze alleogenblikken veranderlyke
verandering van onze ligchamcn , en zoo
00k der beeilen en groeibare dingen zoudefchadelyk
zyn, byaldien'er genemiddelenenhulpmiddelen
tuiichen beiden kwaamen. De gezondheit,
in het byzondcr die ophet gewicht,
beftaat in eene evenwichtigheic, en die in een
ondeelbaar ibppunt, het welke aan dczeofgene
zyde niet vaft kan zyn. De fchaal van een
gewicht cverweegende moct wederom opgebeurt
worden door eene andere , zwaarder gewicht
daar in gelegd zynde. Deze veranderde
krachten der natiirelyke ligchamen hellen naar
onze gehele en eindelyk ook naar onze eindigende
verteering , maar ook dienen zy tot behouding.
Zoo ook de veranderende gefteltheit
der Jaargetyden , van koude , wärmte,
vocht, droogte , zwaarheit en dunheit in de
lucht, van fpys en drank: beweeging en ruft,
flaap cn waken, degcraoedsneigingen, en welke
dusdanige zaken niecr zyn. De gemoedsdriften
tuoeten onivlied worden; de aldcrverbitterfte
vyanden van onzegezondheit, vanallerley
tegengeftelde zaken. Men zoiide zeggen,
dat het Kafteel van ons ligchaam geduurig
wierd belegerc, en de belegering daar van
opgebroken. Als de waeyt , op
dat ik den Text naby kome , worden de buisjes
en dunnevleefch-aderrjesderlevendeligchanien
fterker gelpannen cn bellooten : dog in
üien Itaac kan het ligchaam zonder afneeming
van gezondheit niet ftaande blyven: endeomloop
der vloeibare deelen zoude belet worden,
het hertzoudedoor de al te groote zwaarte van
het bloed worden overftelpt, het bloed zelv
zoude verdikt worden , en ontelbare ziektens
zoudcn daar op aanvallen. Wy zouden. door
eene geduurige winter van koude verftyveil, de
oogft en herfft zoude ontbreeken. Maar de
komt de bouwvaliige Natuur te
hulp : men zai zien dat daar door de koude
word verdreeven, alle dingen warm worden,
de vezel-aderrjes uitgefpannen , de omloopdes
bloeds bevorderc en den fchepzelen het leven
I verkreegen word. Dog kan echter aan deze
j Windt , fchoonzacht, deheerfchappymettoe-
¡ geftaan worden. De planten zouden te weel-
; derig worden, de bloeyzelszoudenafvallen, de
vruchten al re vroeg zig tot ryp worden zecren.
Derhalven moet de Natuur-/^^ worden
nu van deze Hoofdwind , dan van
gene, ofook van die tuiTchen beiden zyn, by
aldien wy ons over rype , en wcl doorkookte
vruchten zouden willen verblyden.
(van' t Noordcn
komt het gout) Job XXXVI I . 21. Zie
daar deuitwerkingvande Noordewind! Maar
ook van de Zuidenwind. vs. 17.
Uit deze voorafgeftelt zynde zaken zaI het
eenen Verkondigervan G O D S woord gemakkelyk
vallen eene toepalling te maken op de
Kerk van IC R 1 S T U S, en de geur uitwaasfemen
«