N A T U U R
„ from a ftronge fenfe and fear of Evil to co-
» tBe (the common principle of fuperfticion
n and idolatry) give Sacred Worship to the
„ vilible Authors of thefe their fufterings in
,, hopestorenderthemmorepropirious forthe
future. Thustisallowd'd of allhands, that
„ the famePeopIe adored as GODS the ravenous
„ Crocodils of the RiverN ile and thus the Ro-.
,, mans, tho' more polite and civilized in their
K U N D E . ,487
„ Idolatry, zydundengoisimfligdekoms,op
„ du zy minder zoudeJchaden, en aanbadm
„ deztlveinhaarur eertofgehmwdeTemfelm
„ zvtFakrim Maximits 11, B. 5. kap. *
Deze zelfde Kevcr ftdle ik ten toon uit de
Hiß. Infeii. Jngl, vza Albinus. a. I shet w
velbeen waar uic dekcver zelveword gebooren.
b. Dezelve vcranderd in ccne riipze. c. Ecii
wyfjes kcver. d. £en mannctjes kevcr.
Joel. II, vers. 30. 31.
Ends ik. ad mnäerteekemn gevm in den hemd honen , ende op der Mrie: hloet
ende umr , ende rook^f liaren. '
De Zonne zd 'vermdert worden in dmßernip, ende de Mme in bloet, eer d^t
die groote en meeßelyke dag des HEEREN kirnts
Zie Matth. XXIK wrs 29.
Joel. III. vers. i j . itf.
De Zonne ende de Mim ^yt ^wart geworden: ende de Sterren hehben haregUms
ingetrok^n.
Ende de HEERE zd uit Zion bmllen, ende uit ^eruzdem i:.fneßemmegeven,
dut hemel ende nurdt beeven stallen
Zie Matth. XXIK um. 19.
DE PROPHEET AMOS.
Amos. III. vers. 4. 8.
Zd een teemv hrdlen in den wände, ds hy geenen roof en heeft ; sat een jonge
Leeuw «itijn holSiyne flemme -verheffen, 'ten^ydat hy wat gegangen hebke ¡
De Leenw heeft gebrdt, wiff en ^itde niet "vveg^n ? de ü E E R. E heeft QefpYoo-
¡{in, af/si en t^oude niet fro^heteeren ?
By aldien dat'er iets verfchrikkelyk is, zoo
is zulks ten alderhoogften het gebrul van eenen
Leeuw, eenZinnebeeld by Gewydeenongewyde
Schryvers van eene macht, dewelke
te dachten is. Een Leeuw brüllende trillen alle
de veezel-aderen van hec ligchaam, en de
ziel word door vrees overftelpt. By aldien de
Leeu-u.- briilt, ivie a 'er. die tuet zoude vreezen
? leoon ereuxetai, kai tis ouphobcytheyfetai ;
niemand is 'er , die niet door deze hartstocht
van vreeze zoude aangedaan worden. Even
ook 200 j wanneer die alderfterkfte Leeuw uit
de Stamme Juda zoude brüllen, by aldien die
gemoedsdriften, by aldien die ons verftand en
wille, alle onzegedachtenbeweegc, wieis'er,
die deze alderkrachtigfte en te geJyk aldergenadigftc
trekking kan wederftaan ? Als G(JD
de HEERE f^reektt wie zoude niet
teeren? KVRIOS ho THEOS elaleyfe, kai
tis Oll fropheyteujei: Zoo die Engel üpenb.
X. 3. riep inet eene groote ßemme i gelykerwfs
een Leeuw brtdt. En miflchien heeft deze
fchrik aanbrengende brulling des Leeuws aanleiding
gegeven aan den Pärchen zullende ceij
ftryde gaan en het gevechc beginnen, om ten
dcle door een groot gefcfareeuw, tendeledoot
kopere fchellen den vyanden vreeze aan te jagen.
Een voorbeeld daar van lecftmenby F/«-
tarchus in her leven van Kraßus: „ iecs luid-
„ ruchtigs en vervaarlyks mec een wiid (dat
„ is eenes Leeuws) gebrul en hardigheit des
„ donders vermengd „ waar door de Romeinen
ten hoogilen zyn verfchrikt geworden getuigd
dezelve Gefchiedenis-Schryver. Deze
manier van flag te leveren behouden noch de
Türken hcdendaags, gelyk ook andere üofterfchc