t u f'-l
fe m
iii:^
1 4 6 4 G E E S T E L Y K E
hant. O Koning verlofm. Gy. o Koning,
Zilie moeten blyven binnen de paalftecncn der
nacuiir, ja zelfs binnen de bepahng vandetoelatende
Goddelyke wille, maaronze GOD is
machtig 00k boven de natimr te werken. En,
dus gaan de Driemannen voort , het zy 11 bekend,
0 Koning, dat uvy Godm niet en
ziiUen eeren , nochte het goiiden beelt, dat gy
hebt opgerecht, en znUen aanbidden. vs. 18.
Voe •zverd Nebiicadnezar vol giimmigheit
de de gedaante zym
:hts veranderde te-
genSadrach, Mefach
inhoud van zyn Koninkiyk g
te binnen, hy zwol op door
grimmigheden, cn zyii aangez
gloeyende van roodheid, dan eei
wordende. Hy heeft laß gegeben
proeve neecnen , dat men
meer heet zoude maken, ài
te makcn. \'erwondei
9- den
;bod kwam hem
ampfpoedige
;ht dan eens
igeheelbleek
zuUende di
'» zevenmaal
m dicnpleeg heet
de wonderlyke
gedachten, welken de woededen Alleenheei
Icher inblaail. Velgens de gewoone Wetten
der Natuur moeft de vlam van dezen, totnog
toe brandenden oven > in körten tyd de tedere
lighamcn der Driemannen verteeren, en niets
tegen de krachten van de gehele Natuur helpen
: maar de kitnme der natuur bepaalde de
punr des gezichts , hoedanig Nebucadnezer
had : ten eenemaal waren hem onbekend die
dingen, dewelke boven de Natuur gefchicdei
Het vuur moeft aangeftookc worden tot cc
zevenmaal hooger trap van bitte , en te gelyk
G O D S macht als in een Smeltkroes beproeft
worden. Aanftonds zyn by der hand , het
welk hedendaags in de Turkfche en Perziaanfche
Hoven ondervinden door een rampzalig
noodlor, dewelke in ongunft der Sultans geraken,
diegene, dewelke, zelfs door de fpraak
der oogen, de gegeven beveelen des Koi '
gehoorzaamen. Doe -wterden die mannen
bonden in hare manteh, hare brocken ende hUre
hoeden, en hare kleederen, ende zy wicrpenze
het midden van den oven des brandenden vum
vs. 21. Zie daar aanftonds zoo de natuurlyke
als de bovennatuurlyke krachten des
Deze alderverflindenfte HoofdftofFe verteert
den Beulen, de mannen GODS onbefchad:^
blyvende. De voncken des vniirs hebben die
mannen, die Sadrach, Mefach en Jbednego op'
geheven hadden, gedood vs. i i . üf deze uir
voerders van Nebucadnezars woedeenonrechr
vaardigheit aangetaft zyn geweeft door de na
tuurelyke heftigheir der alderroofzuchtigft<
vlammen. of dar op G O D S bevel derzelver
krachten zyn uitgeftrekc geworden tot over de
palen der natuur, en dat derhalven ook in dezen
deele een wonderwerk verriebt zy, wil ik
iet bepalen, maar dit durve ik wel verzeke-
;n, dat door een wonderwerk in het midden
des vuurs zyn bewaard geworden de ligchamen
der medgezellen, dat zy door een wonderwerk
daar in los zynde hebben gewandelt, te gelyk
met eenen Vierden, die zieh by hen vervoegd
had, namentlyk een Engel GODS , dat zy
door een wonderwerk uit de vlammen zyn uitgegaan.
Want zekerlyk moeften deze drie,
volgens de wetten der Natuur, en des Konings
meening, byna fchielyker dan in eenoogenblik
verteert worden. Maar hy zag vier mannen
los wandelende in het midden des vuurs j z)nde
aan haar geen verderf; cn de gedaantedes vier^
den was gelyk eenes Zoons der Coden, vs.
Dit onderzcek des vuurs deed des Konings
oogcn openen, hy naderde tot de deurevanden
oven des brandenden vuurs, vs. 16. hy beveelt
dat utt de vlammen uitgaan zouden de drie
knechten des Jllerhoogßen GODS, welken hy
zclf naderhand heeft geeerbied. Evenwel moeften
die gene, dewelke onbefchadigd waren
ontkoomen, eene nieuwe proefheeming ondergaan,
op dat 'er niemand zoude zyn, die op
eenigerhande wyze aan de waarheid van dit
verbaasdmakend wonderwerk zoude können
twyfelen. Doe vereaderden de Stadhonders,
de Overigheden , ende Landvoogden, ende de
Raadsheeren des Konings, deze mannen beziende^
om dat het vuur ovcr hare ligchamen niet
gcheerfiht enhadde, en dat het hair hares hoofts
niet verbrant en 'was ende hare mantelsmet verändert
-waren; ja dat de renke des vuurs daar
door niet gcgaan en ivas. De vezels van deze
Ugchamen zyn
geweeft, maar
waarlyk gene Ametifth-fteenige
achtige, vliesa
vleefige , beenachtige , fpierichdge
bloed vervuld,
, overal met vloeibaar
zouden hebben moeten
•elken in eenen ogenblüc
de aalTemhaling in de 2
verteerd zyn geworden,
worden: de klederen e
ilderdunfteluchtverftikt
door het vuur aanget:
hoofd-hairen van verre
Maar niets van dit alles ìft gebeurd en verbrand hier: worden.de
derfnelile beweeging der vuurige deelrjesisniet
machtig om de alderdunfte hoofdhairen of de
aldcrfynfte , het zy linne of zyde draaden te
Overwinnen, welken de alderdichtfte bergftoffen
noch de alderhardfte keyfteenen nietmachtig
zyn tegcn te ftaan. Die verbaaidmakend
wonderwerk perft den Koning deze rondborftige
belydenis ten monde uit. Dan. IV. 2. 3.
Het behaagt my , te verkondigen de teekenen
en "wonderen , die de /lllerhoogfie GOD aan
my gedaan heeft. Hoe groot zyn zyne teekenen
, ende hoe machtig zyne wonderen , zyn
Rykeiseeneeuwig Ryke, ende zyne h
is van geßachte tot geßachte.
llr
N A T U U R KUNDE.
Dan. IV. vers 33.
Ter xflver mre merd dat 'n/oort 'volhracht o-ver Kehttcadne^ar , -ivant hy merd
mt den menfchen •verjlooten , ende hy at gras ais cíe ojfen , ende zyn lichaam
merd van den damn des kernels nat gemaakt^ tot dat zyn hair mefih als der
arenden vederen, ende zyne nagelen als der 'vogelen.
De Vergadering van Menfchen in Wolven,
in Honden, laten wy over voor die beuzelachtige
eeuwen , die voorby zyn gegaan, de verandering
in Karten voor de vrouwtjes, overreed
zynde , dat niemand zoo dorn van verftand
is, dat hy zoude geloven. dat inderdaad
een mcnfch z..jude können veranderd worden
in eenen wolf, hond, kat, maar wel, dat hy
beeftachtige inborften zoude können hebben,
o f , door eene verkeerde inbeelding bcdroogen,
können gelooven, dat hy een onredelyk beeft
was, desweegens blaflen als de honden, loeyen
als de oiTen. Hec welk het noodlot fchyut
geweeft te zyn van dien opgebla'zen Nebucadnezar,
dien atdergeweldigften Hedwinger van
vele landfchappen , die zieh had beroemd de
Stichter te zyn van Babel, lang voorheen of
door Semiramis, of door Nimrod opgebouwd.
Dus zegd hy vs. 30. Is dit niet het groote Babel,
dat ik geboua-d hebbe tot een hms des Kontnkryks,
door de fterkte myner macht, endet er
eere myner hecrlykheitf Ja ook heeft hy GOD
zelveii gehoont, gelyk hy ook Dcflclfs macht
düor een opgerecht iJeeld en alderbrandenften
Oven, om een wonderwerk te verrichten, door
eene aldcrdwaafte ondcrneeming heeft uitgetart.
Dan. III. 15. IVie is de GOD, die ulieden
uit myne hant verloffen zoude f Aan den Medegezellen
van Daniel zelven heeft G O D een
zeer groot wonderwerk vertoont, maar deezen
Tooren-beftryder verwaardigt hy met geen
wonderwerk, deiTelfs woeftheid temt Hydoor
werktuigen in de Natuur zelvegelegd, denalderdoorluchtigften
AUeenheerfcher verdwaazende,
denonoverwinnelykften Koningtoteen
onredelyk diermakende. Gelykmennog hedendaags
vind zodanigen , die door
gierigheit, andere gemoeds-driften uitzinniger
worden. Uit kracht van deverfchyning, Nebucadnezar
zelven in den droom vertoont, er
openhartig van Daniel uitgelegdveriT; 11,11.13
moeft die groote en fterke boom •welker boogti
aan den hemel reihte , en gezien wierd tot aan
het einde dergantfcher aar de, uitgehou-wen wor
den, derzelver takken afgekapt worden, het loof
afgeßroopt -worden , zyne vruchten vcrßroyt
•worden, zoo dat de dicrenvan ander hem zwerven,
en de vogelen van zyne takken. Dog de
fiamme met hare "wonelen in de aarde gelaten
•worden met eenen yzeren en koperen band in het
teere gras desvelts: nat gemaakt worden m den
dauw des hemels , cn zyn deci zyn met het gcdierte
in ' t kruidder aarde, zyn herte war de
ändert, dathetgeenes menfchen herte meer enzy,
ende hem -werde eenes beeßen herte gegeven. Een
ftrengvor.nis geveld. enteruitvoeringgebracht.
Hy is uit den menfchen verßooten geworden^
of zulks gefchied zy doorzyneStaatbedienaars,
of by gelegendheit eener 'c zamenzweering,
of liever dat hy zelf, dat onzinnfgen dikwyls
doen, van zyn verftand zynde beroofd, door
bergen en boflchen geloopen heeft, laten wy in
het onzekere.
Hy at gras als de ojfen , namentlyk door
G O D S alderrechtvaardigftoordeel beeftelyke
gewoontens aanneemende, zoo att de onzinnige
gras , om dat hy zieh had ingebeeld, dat
hy een Offe was. Zyn lighaam wierd nat gemaakt
van den dauw des hemels, gehele nachten
onder den blooten hemel doorbrengende.
Zyn hair wies als der ar enden veder en, ende
zyne nagclen als der vogelen. Miffchien fchuilc
hier iers by vergrooting, gemeen aan de Oofteriche
Talen . onder. Geduurende al die
t y d , dat de herffenlooze door boflchen cn wildcrniflen
gins en herwaarts Jiep, is hy buiten
twyfel van verre in hec oog gehouden, opdac
hem niets nadeeligs wedervoer, zyne hoofd
en baard-hayren waren geduuriglyk gewafTen,
ZOO dat hy ten eenemaal de gedaante van een
wild en woud-man had verkreegen. Dit oordele
ik waarlyk meer met de reden over een te
komen , dan aan de letter te blyven hangen.
Inderdaad buiten een Wonderwerk, waar van
geene blykbare bewyzen zyn, konden de hayren
niet tot de dikte van Arends-vederen aangroeyen.
Aanbelangende dsnagekn is bekend,
dat dezelve, ten zy die afgefneeden worden,
geduiirig aangroeyen, zoo dat eindelyk dczelve
ten eenemaal by vogels-klaeuwen zouden
können vergeleeken worden. Dit gebeurd dikwyls
den melaatfchen, insgelyks in een etter-
• m de longe, by Gaknus Epid. VI.
1,4. theyriooma genaamd van de wilde
Dusdanige overl.inge nageien ht-efc
gezwel v.
comm. 7.
beerten.
in eenen ftokouden mail gezien Bartholinus
Cent. IL laatße Brief, ja ider een kan het by
zieh zelven ondervinden , zoo by aldien hy zyne
nagels. naar het voorbeeld der Volkeren van
Guinee en China, laat groeyen. Jazelfsgroeyen
de nagelen na dedood. Deze uitzinnigheic
duurende is hy miffchien vs. ii.mctyzereenkapere
ketenengebenden geweeft, op dat hy noch
zieh zelven noch anderen zoude befchadigen.
ffffffff Zoo
, !
t
' i '
- I i ,
S
"1
1
fü!
„ •