
N /» '
XIV INHOUD.
Blz.
a. Erwtenroest (Uromyces Pisi) . . . . 81—82
b. Roest aan tuinboonen, paardeboonen,
wikken (Uromyces Viciae fabae) . . 82
c. Roest aan sia- en stamboonen (Uromyces
a p p en d icu la tu s)....................... 83
♦ d. Sklerotienziekte der boonenplanten
(Sclerotinia Libertiana)....................... 84
III. Ziekten van klaversoorten en lucerne . 85
Klaverkanker (Sclerotinia Trifoliorum
= Peziza c ib o r id id e s )................... 85—90
«
IV. Ziekten van Hande l sgewas sen x . . . 91
.m
I. Koolzaad......................................................91
a. Sklerotienziekte van het koolzaad (Sclerotinia
L ib e r tia n a ) .........................91—94
b. Het spikkelen of het „Verslag’^ (Poly
desmus exitiosus)..............................94—98
n . V la s.................................................................. 98
Vlasroest (Melampsora Lini) . . . . 98
III. Uien of a j u i n ..............................................98
a. Het verschimmelen der uien (Sclerotium
Gepae...................................................98—99
b De valsche meeldauw der uien (Peronospora
Schleideniana) . . . . . . 99—100
I k
i V.
A
INHOUD.
Blz.
Zi ekt en van wo r t e lg ewa s s e n . . . . 100—120
I. Suikerbieten en mangelwortels . . . . 100—104
a. Het omvallen der kiemplantjes (Pythium
de B a r y a n u m ) ..........................100 101
b. De wortelbrand der jonge bietenplanten
(Phizoctonia violacea).....................101 102
c. Ziekien in de bladeren der bieten . 102—103
d. ’t Rotten van de oude bietenwortels
in den grond of na den oogst op de
bewaarplaatsen . 103 104
II. Wortelen of penen ......................... -104
a. Ziekten der bladeren . . • • • -104
b. Ziekten der w o r t e le n .............................104
III. De aardappelplant.............................. • • * 104 HO
a. De (gewone) a ardappelziekte (Pyto-
phthora infestans) • 104 HO
b. De „krul” of „kroesziekte” . . . . 116—117
C. De stengelziekte, veroorzaakt door
Botrytis c i n e r e a ....................................
d. Het omsponnen worden van de knollen
met een violet mycelium (Phizoctonia
violacea).........................................
€. Aardappelschurft.................................................1^0