
 
		naar  een  nabuurig meir,  dat  omtrent vier Engel-  
 fdhe  mijlen  van  Santa  Cruz  ligt.  Wij  kwamen  
 *ei  des avonds tusfchen  vijf  en  zes uuren  aan,  en  
 vonden  het  gezigt  van  dezelve  onze  moeite  niet  
 waerdig,  alzoo  de  weg  zeer  liegt,  en  de  muilezels  
 maar  tamelijk  goed  waren.  De  plaats  is-  
 wel  vrij  groot,  maar verdient naauwlijks  met den  
 mam  van  ftad  vereerd  te  worden.  De  ftraaten  
 zijn  zeer  onregelmaatig  aangelegd;  fommige  eg*  
 ter zijn  tamelijk  breed en  hebben  enige goede huizen. 
   Over  het  algemeen  is  Laguna  minder  op  
 het  oog  dan  Santa  Cruz,  fchoon  de  laatfte  ftad  
 maar klein  is,  bij  de  eerfte  vergeleken.  Men  on-  
 derrigte  ons  ook  dat  Laguna  fterk  in  verval  is,  
 en dat ’er  thans enige wijngaarden  zijn, daar voorheen  
 huizen  ftonden,  terwijl  Santa  Cruz  daaglijks  
 toeneemt 
 De  weg  van  Santa  Cruz  naar  Laguna  loopt  
 eenen  fteilen  berg op,  die  zeer dor is,  maar meer  
 naar  beneden  zagen  wij  enige  vijgen-hoornen en  
 verfcheiden  koren - velden.  Zij  zijn  klein  en  nier  
 aan  akkers  geploegd,  gelijk  in  Engeland  het  gebruik  
 is.  Het  fchijnt  ook  dat men hier geen  ka* 
 ren 
 Iet  eiland  gehouden,  alzoo  ’er  de grooten  en  de  lieden  vso  
 den  tabbaard  woonden,  fchoon  de  algemeene  Landvoogd  
 van  de  Kanarifche  Eilanden  te  Santa  Cfuz  woont,  als  
 :2ijode  bet  middenpunt  van  hunnen  handel met  Europa en  
 Amerika.  Zie glas  Hiß.  van  de Kanarifche Eilanden» 
 ren  kan  teelen  zonder  grooten  arbeid,  alzöo  de  
 grond  zoo  fteik  met  fteenen  belemmerd  is,  dat  
 zij  genoodzaakt  zijn  dezelve  optezamelen,  en  in  
 breede  reien  of muuren  op  kleine  af dan den  yan  
 elkanderen  te  leggen.  De  groote  bergen,  die  
 naar hét Zuid - Westen  loopen,  fcheenen  vrij  wel  
 van  boomen  voorzien  te  zijn.  Daar  deed  zig op  
 (dit  togtjen  niets  anders  merkwaerdigs op,  behal-  
 ven  enige  weinige  aloë - planten,  die  in  bloei  waren, 
   aan  de  zijde van  den  weg,  en  de  vrolijkheid  
 van  onze  gidfen,  dje  ons  onder  weg  met  zingen  
 vermaakten, 
 Het  meeste  zwaar  werk  wordt  op  dit  eiland  
 door muil-ezels:verrigt, aloodepaerden  fchaarseh  
 fcheenen  en  hoofdzaaklijk  gehouden  wierden  tot  
 dienst van  de amptenaars.  Zij  zijn  klein  van  ge-  
 ftalte,  maar wel gemaakt en moedig.  Zij  gebruj*  
 ken  pok  osfen  om  vaten  op  een  groot lomp  ftuk  
 hout  te  fleepen,  en  zij  worden  aan  den  kop  aangebannen, 
   fchoon  dit  geen  bijzonder  voordeel  
 fchijnt  te  hebben  boven  onze  wijze  van  het  jok  
 op  de  fchouderen  te  leggen.  In mjjne wandelingen  
 en togtjens zagik enige  havikken , papegaaien,  
 die-van  het  eiland  oorfpronglijk  zijn,  zee-zwaluwen  
 ,,  zee -meepwen ,* patrijzen,  Jewikftaereen,  
 Zwaluwen,  boeren-zwaluwen,  meereis  en  groote  
 vlugten  van  kanarie-vogelen.  Daar  zijn  ook  
 ; hagedisfen  van  de  gemeene  en eene  andere lbort, 
 .  5   .......  ;  m