
 
		28°  ia '  54'.  Dit,  met de  ilrekking  van  de  ree4  
 de,  zal  het  verfchil  van  Lengte 43/ maaken,  dat  
 aanmerklijk meer is  dan  de  afftand,  dien  men  derf  
 Piek  van  Santa  Cruz  rekent,  j Ik  bepaalde  de  
 Breedte van den Piek  op  28°  18'  Noord.  In  dee-  
 ze onderftellihg zal deszelfs Lengte zijn  als  volgt 'é 
 rhet uurwerk  .  . 
 u   ,  j Waarneemingen  op  
 Volgens.;  ,  ö  r 
 0  j  de  maan  .  .  . 
 tden  Heer  va r i l a 
 *7°  o'  3°"1 
 {»West.  
 10  30  20  I 
 16  46  o J 
 Maar als  deszelfs  Breedte  28°  12'  54"  is ,  gelijk  
 in  de British Mariners  Guide  gezegd  wordt $  
 zal  deszelfs Lengte  13'  30"  Westlijker  zijn. 
 De  afwijking  wierd,  toen  wij  op  de  feede  ten  
 anker  lagen,  volgens  het  gemiddelde van  alle onze  
 kompasfen,  bevonden  140  41'  20"  West  té  
 zijn.  De  duiking  van  de Noofdlijke punt van  da  
 naald  was  610  52'  30". 
 Enige  van  de aanmerkingen  van  den  Heer  an-  
 d e r s on  over  het  natuurlijk  aanzien  van  Tené-  
 riffe  en  deszelfs  voortbrengzelen,  en  hetgeen  hij  
 zélf waarnam  of uit onderrigtingen van  andere vernam  
 omtrent  den  algemeenen  toefland van  het  er-'  
 land  zullen  bijzonder  te  ftade  kootnen  om  opte-  
 mérkén,  welke  veranderingen  aldaar  mogen  zijn  
 voorgevallen  zedert de  Heer  g l a s   het eiland  bezogt. 
   Zij volgen  alhier in  zijne  eigen woorden. 
 Ter- 
 ,  „  Terwijl wij  het  land  naderden,  was  het weder  
 Volmaakt  helder,  zoo  dat wij  gelegenheid hadden  
 om  den  vermaarden Piek van Teneriffe  te  befchon-  
 wen.  Maar  ik  moet  bekennen  dat  ik zeer wierd  
 te  leur  gefield  in  mijne  verwagting  omtrent  deszelfs  
 voorkoomen.’  Hij  evenaart  voorzeeker  op  
 verre  na niet het  edel  gezigt van Pico,  een  van  de  
 ÏVesterfche  Eilanden,  dat  ik  gezien  heb,  fchoon  
 deszelfs  loodregte  hoogte  misfchien  grooter  is.  
 Deeze  om handigheid  koomt  mógelijk  daarvan,  
 daan,  dat  hij  van  andere  zeer  hooge  bergen  omringd  
 is,  terwijl  Pico  alleen  op  zigzelf haat. 
 Agter  de  had  Santa  Cruz  rijst  het  land  trapswijze  
 en  is  tamelijk  hoog.  Agter  dit,  naar  het  
 Zuid  Westen,  wordt  het  hooger,  en  het  blijft  
 rijzen  naar  de  Piek,  die,  van  de  reede,  weinig  
 hooger  fchijnt  dan  de  omringende bergen.  Van  
 daar  fchijnt  de  grond  afteloopen,  fchoon  niet  
 fpoedig,  zoo  verre  het  oog  reiken  kan.  Naardien  
 ik  meende  dat  wij  ons  hier  niet  langer  dan  
 eenen dag  zouden  ophouden,  was ik genoodzaakt  
 mijne  uitflappen  in  het  land  zoo  kort doenlijk te  
 maaken,  anders  ware  mijn  voorneemen  geweest  
 den  top  van  deezen  beroemden  berg  te  bezoeken. 
   ( * } 
 Te« 
 ( * )   Ziet  een  Verhaal  van eene  Reis naar den top van  
 den  Piek van  Tenerijfe  in  s p iat  Bijl.  of the Royal So* 
 eietjï