
in Haat (lellen om de rigting en fterkte der ftroo-
men, die wij op deeze reis van Engeland herwaarts
ontmoeteden, te vinden; want, als wij
de breedte en lengte van onze rekening met die,
welke onze waarneemingen en het uurwerk ons
opgaven, vergelijken, zullen w ij, van tijd tot
tijd, de dwaaling van onze rekening zeer naauw-
keurig hebben, laat de oorzaak zijn welke zij
w il; dan, alzoo ’er alle mogelijke zorgvuldigheid
gebruikt was in het ophaaien en houden van het
lo g , en ’er zoo veel als nodig was gerekend was
voor het afvallen van het fchip, het deinen van
de zee, en alle zulke omftandigheden, kan ik deeze
misrekeningen, die wij hadden, niet toefchrijven
dan aan ftroomen, doch bijzonderlijker, als de
misrekeningen, verfcheiden dagen agter elkande-
ren , naar denzelfden kant waren.
Wanneer men daarentegens het fchip den
eenen dag verder dan de rekening, en den anderen
dag ten agteren van de rekening vindt, hebben
wij reden om te denken dat zulke misrekeningen
aan toevallige oorzaaken en niet aan ftroomen
zijn toetefchrijven. Dit fchijnt het geval geweest
te zijn op onze vaart van Engeland naar Teneriffe.
Doch van toen wij dit eiland verlieten tot den
vijftienden Augustus, wanneer wij op i2°Noor-
der Breedte en op 24° WesterLengte waren, was
het fchip i° 20' Lengte ten Westen van onze rekening
gedreven. Op deeze plaats namen de
ftroomen
eenen ftrijdigen loop en liepen naar het O.
Z. O. met eene fnelheid van twaalf of veertien
Engelfche mijlen eiken dag, o f in elke vier en
twintig uuren, tot wij op 50 Noorder Breedte en
op 20° Wester Lengte kwamen, het oostüjkfte
daar wij geweest zijn naar wij de Kaap Verdifchz
Eilanden verlaaten hadden , tot wij zuidwaarts
kwamen; want hiér wierd de wind zuidlijk en
wij wendden en (levenden westwaarts, terwijl
wij in twee of drie dagen niet vinden konden dat
onze rekening door de ftroomen niet uitkwam,
zoo dat ik giste dat wij toen tusfchen dien ftroom
waren , die gemeenlijk , zoo niet altijd , oostwaarts
naar de kust van Guinea loopt en dien,
welke westwaarts naar de kust van Brazilië
ftrekt.
Deeze westlijke ftroom was niet fterk tot wij
op 2® Noord en op 25° West kwamen. Van deeze
plaats tot 30 Zuid en 30° West wierd het
fchip, in vier dagen, honderd vijftien Engelfche
mijlen in de ftreek van Z. W. ten W. buiten onze
rekening gedreven, eene misrekening veel te
groot om eene andere oorzaak te hebben dan eenen
Herken ftroom, naar die ftreek loopende. En des-
zelfs kragt hield hier nog niet op; maar de loop
was naderhand meer westlijk en ten Noorden van
het Westen, en op de hoogte van Kaap Augus-
tyn Noord, gelijk ik reeds gezegd heb. Maar
deeze noordlijke ftroom had geen’ plaats op twin-
E 5 «g