lag, was met den Spaanfchen Heer v a r i l a be-:
zig fterrekundige waarneemingen te doen , om
den gang van twee uurwerken, die zij aan boord
van hunne fchepen hadden, nategaan. Tot dit
einde hadden zij eene tent op de moelje laaten
©pzetten, daar zij dagelijks op den middag hunne
waarneemingen deeden en hunne uurwerken door
feinen met de klok aan wal vergeleeken. Deeze
feinen deelde de Ridder ons zeer beleefdlijk mede,
zoo dat wij ’er ons uurwerk te zelfden tijd
mede konden vergelijken. Maar ons verblijf was
te kort om veel nut van deeze vriendlijkheid te
trekken.
De vergelijkingen, die wij drie dagen deeden,
verzeekerden ons dat het uurwerk zijnen gang niet
merklijk , zoo al iets , veranderd had, en gaf
pns, op zeer weinige feconden n a , dezelfde
Lengte, die wij verkreegen door het vinden van
den tijd, door middel van waarneemingen van de
hoogte der zón boven den horizont van de zee.
Het uurwerk gaf ons, door het gemiddelde van
deeze waarneemingen op den eerften , tweeden
en derden Augustus , 160 31' Wester Lengte,
en, op dezelfde wijze, wierd de Breedte bevon-*
den *8° 30' iT ' Noord te zijn.
De Heer v a r i l a berichtte ons dat de waare
Lengte 180 35' 30" van Parys was, dat Hechts
l6° 16' 30" van Greemyich is , en dus 14' 30T
minder dan die ons door het uurwerk wierd aan-:
gewezen. Doch verre van dit als eene miswijzing
van het uurwerk aantezien, hield ik het eerder
voor een bewijs dat het goed gegaan had, en daE
de Lengte, die het opgaf, nader bij de waarheid
zal zijn dan enige andere. Dezelve wordt nog
verder bevestigd door de waarneemingen op de
maan, die wij op de reede deeden, die i6° 37'
10" opgaven. Die, welke gedaan waren voor
wij aldaar kwamen, en door het uurwerk op de
reede overgebragt, gaven 16° 33' 30'', en die,
welke gedaan wierden na wij die plaats verlaaten
hadden en op dezelfde wijze overgebragt, gaven
16° 28'. Het gemiddelde van de drie is 16®
30' 40".
Om deeze verfehillende Lengten enf de Breedte
©p de Piek van Teneriff'e overtebrengen, als eene
van de bij de Aardrijkskundigen bekendfte punten
van de aarde (om welker waare ligging te
kennen ik in dit bijzonder onderzoek getreeden
ben) nam ik mijne toevlugt tot de ftrekking en
enige uuren zeilens van het fchip, na wij de reede
van Santa Cruz verlaaten hadden, en vond dezelve
ia ' i i* ten Zuiden van de reede en 29' 30"
Wester Lengte van dezelve. Alzoo de bafis, die
dit hielp bepaalen, gedeeltelijk bij gisling genoo-
men was, kan ’er enige onnaauwkeurigheid in
zijn , maar ik geloof niet dat het veel mis kan
wezen. Do£ior ma s kel yn e plaatst in zijn Bri-
tiih Mariners Guide den Piek op de Breedte van