VI.
A fdeel.
XXXII.
Hoofd»
stuk.
Paarl-
Moefti.
Paarl vis*
lcheryen
,, breeken. Men kan de Mosfel openen, zon-
„ der ze te dooden; en dezelve kan nog in
„ ’t leven blyven , na dat men ’er de Paarl
,, uitgenomen heeft: maar, als menze van alle
, , Paarlen beroofd heeft, dan krygen zy ’er
„ geene meer”.
De meefte Rivieren der Noordelyke deelen
van Europa leveren Paarlmosfelen, en derhalve
ook van deeze Paarlen uit. Op die plaat-
fen in Schotland daar men Zalm vangt, worden
doorgaans ook Paarlen gevonden, in zwarte
Mosfelen. Sommigen zyn zo fyn, zuiver,
en zelfs ruim zo helder, als de Orientaalfche i
ja men heeft wel honderd Ryksdaalders gegeven
voor eene Schotfche Paarl ( * ) . In Noorwegen
zyn ook dergelyke gevonden, doch
de meesten, die men voor de besten houdt,
zyn Melkwit, met eenen Zilverglans. In ’t
Stigt Christiaanzand zyn verfcheide Rivieren
tot de Koninglyke Paarlvisfchery beftemd, en
de echte Paarlen, die jaarlyks, omtrent Sint
Jan, en vervolgens, in die Wateren gevonden
worden, behooren, als een Eigendom van
de Kroon, aan haare Majefteit, de Koningin
van Deenemarken. Het Schulpdier, waar menze
uit krygt, is van de Zee - Mosfelen, die
fomtyds ook wel een enkele Paarl geeven,
daar in verfchillende, dat het de Schaal ovaal
rond,
(*) Tegenw. Staat van Schotland. Amfterd. 1755 > Uadz*.
rond, en aan de beide enden breed en vlak VI.
heeft; zynde anders de Schaal, in dikte e n x x x EL‘
kleur; met die der Zee-Mosfelen Overeen-Hoofd-*
kömftig (*). stuk.
De Paarlvisfcheryën in Sweeden hebben v e e " £ S
lerley toevallen gehad. Het bevel van Ko-\nSwc<*
nihg K ar e l den X I .; van ’t jaar 1691, dat e"*
z y aan de Kroon toebehooren zouden, werdt
wel door de Ordonnantiën des Ryks, van ’c
jaar 1723, vernietigd, maar vervolgens wederom
op zekere manier, door het verbod
van 1731, bevestigd. Het Koninglyke Reglement,
van ’t jaar 1736, laat alle op Schats-
en Kroons-Gronden bevindlyke Paarlvisfche-
fyën; voor den tyd van drie Jaaren, aan zekere
Onderheemers over. Eindelyk werdt,
door de aanfchryvirig van het Koriinglyk Kom-
mereie - Kollëgie èn Staats-Komptoir, aan den
Landshoofdman, in dé Herfst van 1739 en in
het Voorjaar 1740 verklaard, dat de Paarl-
visfchèry in Hallahds-Leèn ter proeve op eigen
rekening van de Kroon zou worden üit-
gevoerd. Men kreeg, echter, in dat Jaar niet
meer dan vyfentagtig fluks Paarlen. In ’t jaar
1741 yifchte men op de Lahomifche Elbe v y f-
enzestig fluks beste en zevenenvyftig fluks
flegtere Paarlen. In ’t volgende Jaar kreeg
Dien 'er flegts drie-en-dertig. In ’t jaar 1743
werdt,
Fo n t o p p i d a h S Naturl, Histv tir. NtrvJtgtn,
II, Th. p. 310, enz,
1 1 O