A f d e e l k°Qn*’ Scharnier ongetand, hebbende een
XUIU Streepswys’ naar binnen uitpuilend Lidtekentje,
Hoofd- met een zydelingfen Tand; doch dat van de
stuk, plattere Klep is in de Rand zelf. Twee Been-
agtige Straalen dienen tot rusting van het Dier •
welks Lighaam beftaat in een uitgtrand, gebaand
Riempje met de Haairtjes aan de bo-
venfte Klep vast. Hetzelve heeft twee Armen
die fmal zyn en langer dan het L y f , wederzyds
gehaaird en met de Haairtjes elk gehecht aan
een byzondere Klep.
Soort in» ’t Getal der Soorten van dit Geflagt is zeven-*
en-twintig, waar onder twaalf, die tot nog toe
niet waargenomen zyn dan onder de Pelf-
ItofFen.
jcotvr. (2Ï6y Anomie, die de Schaalrondagtig, met
Craniola- de bultigjie Klep Kegelagtig verheven-
Kekke- rmd en de Platfte hy %t Scharnier met
geeltje, drie Gaten heeft.
Voor omtrent veertig Jaaren is , onder den
naam van BrattenburgfchPenningje, zeker rond
plat Steentje befchreeven , dat in Sweden gevonden
wordt , en aldaar bekend is by den
naam
(2.16) Anönua TeSt& orbiculata , Valvula gibboflore conico»
eonvexi, planiote Bafi foraminlbus tribus. Faun. Suec, 2x50,
Syst, Nat. XII. Gen 314- Nummulus Brattënsburgenfïs. STo-
K«i Disf. Epif}. Lund. 173a. f. 1, 2. Idem. ^ict, Upfal.
II. p. 560. T- 152» f» a- Maplekard. Sruckm. Cent, II, Epifl.
3 *» p, 390. T. 17, f» 10,
tiaam van Marlekard of Marlekanh Van bei- Vide
zyden vertoont het naauwkeurig de ge- x id n
daante van het Bekkeneel van eenig Diertje, Hoofd.
waar van het ook den bynaam heeft. In Seho- stuk.
hen worden ëen menigte van zodanige Steentjes
aan de Oevers van zeker Meir opgeworpen t
ook komen zy in een Groeve van Kalkfteen,
twee Mylen bewesten Chriftiaanzund in Noorwegen
, voor.. Eerst meende men dat het Ver-
fteende Patelleri of Lepaden waren , maar niet
lang geleëden heeft de Heer L e ch e twee fa-
mengevoegde Sëhaalen gevonden * waar van de
eene het gezegde platte Penningje Was, de andere
een veel holler Ituk. Van beiden heeft
L i n n m os zeer naauwkeurige Afbeeldingen
te voorfchyn gebragt.
(2173 Anomie, die de Schaal langwerpig ccxvtt.
heeft, met takkige Sleuven, de bultig-
fte Klep van agteren met twee Gaatjes. Gekamde
Deeze en de voorgaande waren onverfteend
nog niet vóórgekomen»
(218) Anomie, die de Schaal rondagtig heeft
en
CC XVÏII.
Anomitt
Epbip *
■ pium.
(217) Anomia Testa oblonga ramofb - fulcata , gibbofïore Kleef-
postice poris duobuS. Syst Nat. XII. Oester»
(u8) Anomia Test3 fuborbicitlata mgofö-plicata t planiore
perforata. Syst. Nat. XII, EOMANN. Recr II, T. j 6» AR-
G E N V . Conch. T. 22. (is.) f. C . Gi NAUN. Adr. II. T,
27. f . 1 7 2 .
I. Dïbl. xv. Stok.