VT. en rimpelig geplooid , de platfte met een
AA4DLrElTfiiTlTi* Opening.
Hoofd- - | - ,
s t u k . D e e z e , die men Kleef-Oesters noemt, kojj.
cxvin.men in verfchillende Geftalten voor. Eenigen
Fi£' 3« ZyQ zodanig dun, dat men 'er .den naam van
Pelure d'Oignon, of Uijen - Schil, aan gegeven
vindt. B o n a n n i betrektze tot deGaapers,
om dat zy niet volmaakt fluiten. Hy zegt ,
dat ’er veele verfcheidenheden van zyn, fom-
migen zeer hol , anderen vlakker en eenigen
byna volkomen rond zynde; eenigen met Sleu*
ven van buiten, anderen met zodanige gekrulde
Bladeren, dat men het haast zou aanzien
voor Boerekool of Endivie. Van binnen,
zegt h y , is de Schaal, met OenenZilverglans,
fomwylen groen- fomwyleri rood o f geelagtig:
eenigen zyn Goudglanzig, anderen Paarlwit
met eenen Purpergloed; veelen vertoonen
Spaanfchgroen, Barnfteen geel of Koperkleurig
rood v als bedekt met een doorfchynend
Vernis of Emailjeerzel. De fraaiften vindt
men op de Oevers van Dalmatie, aan de Steenen
kleevende j doch elders worden zy ook
wel van , de Golven op ’t Strand gefmeeten.
Van deeze, die voorkomt indeMiddelland-
fche en Amerikaanfche Zee-Wateren, zegt
L in n jEUs , is de Schaal wi t , van grootte als
de Handpalm, van binneD zeer glanzig Zil-
verkleur, de platfte Klep met een groot Gat.
Ieder helft heeft dikwils v y f Plooijen overlangs,
langs, die aan 't Scharnier niet famenloopen. VT.
De mynen, van onze A f bedding PI. CXVIII.
pig 3 , : , hebben ten minfte tien o f twaalfHcofd-
Plooijen. ' 8TÜK*
(219) Anomie, die de Schaal idwars Eyvor- OCsr/i»
mig oneffen heeft en Violet; de boven- cep™.
Jle helft .verhevemond, de cnderfle
met een Gut doorboord.
tn de Middellandfche Zee komt deeze vöor*
zegt Lunnjbus , die de grootte van, een Muskaat
Noot , en de ééne Schulp plat heeft.
Zou dit niet wel de Uijen - Schil van d’A r-
g e n v i l l e kunnen zyn? Ten minfte fchynt
dezelve in Soort van de voorgaande te ver-
fehillen. /
(zao) Anomie, die de eene Schulp rondag- mm*?-
tig , geel en glad , de andere bultig sLstrica.
verhevemond heeft. oesterT"*
De Oostindifche Barnfteen - Gestertjcs,, die
hier uit R umvhius aangehaald wordens
vindt men naamvlyks ooit Doublet, om dat
1 ,tjs de
(219) Anömid Testa obovata insquali violaceS, fuperiore
convexa, inferiore perforata, Syst, Nat, XII. KnoRR Vet»
•zant. VI. D. PI. 9. f. 5.
(220) Anomïa Testa fubrottffida flava lxvl, alter! eonvexo-
gibbofa. syst. Nat, XII. Oftreum Elearicum ? RUMPH. Mas,
T. 47.' f. L. KnoRR Verzam, V. D, El. 2'S- f, 6s
I. Deel. XV. Stuk.