VI. te zuiveren; voorts opent men de Schulpen s
XXXIV. neeint ^ec daar uit, fnydt al het zwarte
H oofd- ’ o f bruine weg; wafcht het witte Vleefch,
S£acas/an- dat meest in VelletJes bellaat, en , agt Dagen
Jjoukia, in ’t Zout gelegen hebbende, met Azyn, Peper
en andere Kruideryën o f ook met Look
toegemaakt wordt, doende daar boven op wat
Oly in de Potjes: dan kan men het wel een
Jaar goed houden. Tot de zwarte Bacasfan
neemt men geen Azyn, en behoudt het zwarte
V e t, alleenlyk het zogenaamde Papaver of
den Zandzak wegfmytende , en het Vleefch
fterk inzoutende: weshalve deeze zwarte Ba*
casfan meest naar de Kaviaar of Daar het
GarumAer Romeinen zweemt,
De Bacasfan - Doubletten zyn veel breeder,
dan de langte is, van het Scharnier af te rekenen,
en kómen daar in nagenoeg met de
Ccylonfche Zonneftraalen overeen. Men vindt*
ze naar den Omtrek toe zeer fyn geribd en
doorgaans donker paarfchagtig blaauw gedraald';
doch aan den fcherpen hoek is de
Schulp van binnen en van buiten doorgaans
donker blaauw. Zulks openbaart zig voor-
naamelyk in de genen die afgefleepeh zyn
welke dan praaien met een fchoon glanzig
geele o f roode Kleur. Het Dier fteekt, zo
R u m ï h i d s aanmerkt, twee holle Pypjes .
die aan de Opening met een roode Franje
gezoomd zyn, aan den langften o f fcherpen
hoek uit; doch aan den ronden hoek is de uitgang
gang der Vuiligheid, door eene andere Ope- VL
ning. Bovendien heeft het nog een Vleezigen x x x iV
Voet, om zig vast te zetten en voort te gaan, Hoofd- '
gelyk de andere Schulpdieren. In ZeewaterSTUK*
gelegd zynde, werpt het door één van de ge-
dagte Pypjes het Water zo iterk uit, dat het
iemand, die ’ér by komt, in ’t Aangezigt kan
fpuiten. Deeze uitwerping veroirzaakt een
rond Gaatje in ’t Zand, daar z y , gelyk alle
Tellinen, overend in liaan, op ’t hoogde een
Voet diep; doch, als het Wdter wast, ryzen
zy naar boven, en dan j maar half zo diep
ftaande, zyn zy het beste Uit te graaven.
C49) Telline, die de Sch&cil Eyrond wit en xr.rx.
gebult heeft, met kromme dwarsftree-
pen, de Billen geelagtig. fir<cxvir
Deeze Europifche, die de grootte van het
uiterlle Duimlid heeft en bultig is, met de
Streepen eenigermaate ruuw, doet my hier de
Afbeelding te pas brengen, welke de Heer
» ’A rgen v i l l e geeft van een dergelyk
Schulpdier, ais zo evén ten opzigt van de
Bacasfan - Doubletten is gemeld, zittende in
éen Doublet, die men in de Zeehavens van
Vrankryk ontmoet, en aldaar bekend is onder
den naam van Palourde. De Oppervlakte
der
f49) Tellina TestS oVata alba gibba, Striis transverös re-
curvatis, Natibiis fiavescentibus, Syst. Hat. x , XII,
O