382
Vi. Hier door worden die Doubletten beoogd,
AXttV* we^ e men gemeenlyk Haanekammen noemt,
hooïd” * hoewel fommigen 'er ook den naamaan geeven
STUK' van Varkens-Ooren, in *t Franfch Oreille de
Cochon. Rümphi us befchryftze, eenvoudig,
lyk , onder den naam van Geplooide Oesters,
doch zegt, dat zy een groote Zeldzaamheid
uitmaaken. G u a l t h i e r i betrektze tot de
Oesters van een byzonder maakzel. L 1 n n je u s
heeft opgemerkt, dat de Lippen aan den binnenben
Rand ruuw zyn, ’t welk ik ook in de my-
nen waarneem; doch ik heb een groöte, die
uit twee aan elkander gegroeide Doubletten
beftaac, en daar in heeft de kleinfte* die ook
een weinig in Kleur verfchilt, de binnenfte
Randen geheel glad en effen. Deeze heeft zo
wel van onderen als van agteren een foort van
Doornen o f Punten, welken als tot Klaauwen
dienen, om zig aan de Zeegewasfen, in de Zee,
te hechten. Daar komen ook Groepen voor,
van drie en vier Haanekam - Doubletten aan één
gegroeid , die dan in groote waarde worden
gehouden, inzonderheid wanneer zy fterk ge*
takt zyn. Zy vallen in Oost- en Westindie.
fccLiv. C244) Mosfel - Doublet, die de Schaal gé <
JkfytSlus .7 -j
Hy.tis. plOOld
Gebladerde.
f244) Mytulus TestA pücata imbricata Squaaiis compresfis
patulis, Labro utroque Ixvi. M. L. U. 538. N. 129. Oftrcum
plicatum majus. Rijmpk. Mus, T. 47; f. C. Oflreiim fyl-
vestre. Ar g ïNT, Conch, T, 23. (zo) f, fj. KNOIIR Ver-
zam, J, D* PU 29» f» i»
plooid en gedekt heeft met uitgefpreide VI.
platagtige Schubben, de Lippen beide
glad. Hoofdstuk.
Om dat d’A r g e n viLLE deeze ÖJlreum
Jflvestre tytel t, zou men ’er den naam van
Wilde Oester aan geeven kunnen ; maar hy
zegt , dat die naam daar van afkomftig is,
dat zy zig aan Rukken Houts hecht. De aangehaalde
figuur van R ümphius is een Getakte
Haanekam, doch zyne befchry ving fpreekt
van een dikfchaalige Oester, met verheven
Plooijen, de Rug bezet hebbende met lange
Schubben, die als Nagels famengerold zyn ,
zeer ruig en modderagtig van Kleur ; ’t welk
weinig met de fchoonheid der Getakte Haar
nekammen flrookt. De Kleur i s , volgens
d’A r g e n v i l l e , naar het groen trekkende
en zeer gemeen. Men vindtze ook gehecht
aan Zee-Gewasfen.
(045) Mosfel-Doublet , die de Schaal ge~ ccxlv,
plooid en gladagtig heeft, met de ééne
Lip rmw. Gekamd
x Laurierblad.
Onder de zogenaamde Laurierbladen komen
*er voor , die zeer naar Haanekammen gely-
ken, doch niettemin eene Bladerige Geftake
heb-
(*4 5 ) Mytilus Testa plicata Iseviuscula , Labro altero (ca-
bro. M. L. U, S37. N. 127. Cratium fiVe Folium, An.GS.NV.
Goncb, T. 22, (19.) E D.
I, Deel. XV. Stuk.