m
VI. o f Hals vol te zyn van eene zagte, Spon«
f i g * gieuze , geele zelfstandigheid , welke, . ver«
Hoofd- groot zynde, fcheen te beftaan uit regelmaa-
sxuk. tige ovaale Lighaamen, door veele kleine Vezeltjes
te fameri verbonden, welken hy vast»
fielt de Vrugtbeginzels te zyn van het Dier,
Ik vind niet, dat hy gewag maakt van de agt
Schulpagdge Klepjes, die den Mond, welke
aan ’t end van de Blaas is,- volgens L in-
nzeus zouden fluiten. In de afbeelding van
een dergelyk flag van ge-Oorde Langhalzen,
by S e n a , wordt maar van twee Schulpjes
gefproken.
X X X I . H O O F D S T U K .
Befchryving van ’t Geflagt der P h o l a d e n ,
die gemeenlyk Steenfchulpen genoemd worden,
. om dat zy in Steenen huisvesten.
Naam, T '\ e Geilagtnaam Pholas is afkomftig van
^ een Griekfch woord, dat verbergen be’
tekent, en wordt met reden daar van afgeleid,
dat deeze Schulpdieren binnen Steenen gevon*
den worden, alwaar zy in holligheden zitten,
die naar de grootte en geflalte van haare
Schulpen gefatfoeneerd zyn, hebbende maat
een klein Gaatje van buiten zigtbaar in de
Steen, door 't welke zy hun Voedzel van
Lugb
Lugt en Water fchynen te ontvangen. Van VK
zodanige Pholaden, die men ° in de Kraalftee- yAyfdveiel.
hen, Katskoppen genaamd, in Oostindie ont-
moet, én die niet te Voörfchyn komen, dan suis;
wanneet men deeze Steenen, dm Kalk daar
van te branden, aart Stukken flaat, maakt
RüMPHfus gewag. Ook vindt menze geens-
zins in alle zodanige Steerien. In de weeke
Kfytfteeneh, aan de Oevers van Groot Brit-
tannie, worden zy van de Visfchers opgê-
zogt, dm het Dier voor Aas aan den Hoek
te flaan; elders maakt men ’ër ook gebruik
van tot Spyze (*). By Haftlepool worden
Zy veel gevonden, als mede in verfeheide
Zeehavens aan de Kusten van Vrankryk.; In
Normandie noemt men ze Pitautt in Poitolu
en *t Land van Aünis gemeenlyk Dails of Dadels,
te Töuloh Dattes, en Piddocks in Engeland.
Haar gewoone naam, te Parys, is
Pholades, dat zö veel zegt als Pholaden.’
De zonderlinge Woonplaats van deeze Eigen. ’
Schülpdiërert, heeft de Natuurkundigen ver-fchappen^
deeld gemaakt over hunne Eigenfchappen.
Sommigen hebben zig verbeeld; dat de Phö-
laden alleenlyk zig ;een wooning uitholden
in Wéeke Steenen: anderen dat zy in Gaten ,
die reeds door het Zeewater in de Steenen
Uit-
(*) Pliolaies multum alunt 8c ralatö fuaves Tunt, fed virus
olent 8c mali funr fucci. At h e k s ï s .
ï.’ DEEL. XV. STUK»