VT. delingfe dtfars-Streepen. Zulks heeft eenigen de
XLJl!" Kam - Doubletten met de Poffer-Doubletten,
Hoofd- zo even voorgefteld, doen verwarren; doeh
stuk. de Tandeloosheid maakt eene genoegzaame on-
derfcheiding; aangezien de gedagte dwars-S treef
t zo L in n ^eus aanmerkt, in de Kam-Dou-
bletten niet infchieten of fluiten in de Sleufjes
o f Kuiltjes van de andere Schulp. Zy hebben
ook geen Klink of Aars,
Fchf'en De algemeene Eigenfchappen der Kam Dou-
i ppen* j3jett;en Aftaan daar in, dat zy dikwils uit het
Water opfpringen , waar toe de ligtheid en
dunte, benevens de platheid deezer Doubletten,
gelegenheid kan geeven. Dit Springen, nu,
wordt ten deele door de werking der Golven
veroirzaakt, en door de eigen bewee*
ging van dit Schulpdier : ja fommigen fchry-
ven het daar aan toe, dat zy zig met zulk een
kragt ontfluitem Men zegt, dat zy langs het
Water ftrykende een foort van knarfend Geluid
maaken. P l in iu s meent te kunnen be-
wyzen , dat het hun aan geen Gezigt ontbreekt
, doch den Oesteren fchryft hy het tegendeel
toe. Of hy, dePettunculi als een Pyl
doende voortfchieten , uit het Water, ook
de Peftines bedoele, zou men met reden mogen
twyfelen ; hoewel het fchynt, dat men
ondtyds die naamen niet zo zeer onderfchei-
den heeft, als heden, nu men de Kokhaanen
en anderen, die reeds befchreeven zyn, door
t zie Peftmculi verftaat j\ Zy worden in 't Én'
Wadz,237* * , _ , . gelfeh