VI. Zeker is *t, dat deeze Schepzels gedagte Draa-
X iV . ^en ook °P zekere wyze fpinnen, en onbè-
Hoofd- twistbaar, dat dezelveh dienen, om bun in
stuk. postuur en op hunne plaats te houden; doch
Veedzei. fommiSen hebben gemeend, dat die Draadeh
hun nog tot een ander gebruik drek ten. , , Dee-
ze Bysfus, (zegt d’A r g e n Vi l l e ) trekt
„ tot haar de Slyk ö f Modder, en ander Voed*
3, z e i . dat haar dieriftig is ( * ) . ” Dit denkbeeld
van R.o n d è l e t i u s heeft A l d r ó -
v an dus reeds wederlegd, zeggende: „ ddt
■ » deeze Haairigheid niet dienen kan omSlyTc
3, eü Vuiligheden aan te trekken, blykt, de-
M wyJ ZY geenszins om den I3ek geplaatst is,
5, maar uit een Zenuwagtige ze lf Handigheid
3, voortkomt, als t ware aan ’t midden vdn
3, den Buik. ’ Ook flrydt hier tegen, dat z y
Z]"g j gelyk de Mosfelen, met deeze Draadén
vast hechten aan harde Lighaamen. H A ss-r I -
QUi s t vondt, in déSchaalen van deeze Ham»
Doubletten, verfcheiderley Korallynen, Zee-
gewasjes, zo Bladerig, Houtig als Steenagtig,
en brokjes van bogtige Huisjes van Zcewot-
men (j*)-
Gebruik. Den Grieken diént het Dier, zegt die zelfde
• Autheur, in de Vasten totSp yze, gelyk alle
andere Schulpdieren en Plantdieren; dewyl alsdan
(*) Ce Bisjfus attire encore a lui, le Limon et les autren
nourritures, qni lui conviennerit. Concbyl. II» Part» p. jf»
i\) Bfife narf) palcpina. Roft, 1762. pag. 489.
dan niet alleen Vleefch , maar ook Vifch te VI.
eeten , hun Godsdiensthalve ongeoorlofd is;- ^LlV.
De Schulpvifch, die meest in Griekenland ge- Hoofd-
geten wordt , is, behalve de Oesters en hetSTUK*
D ie r der Lazarus Klappen , volgens T ou r -
n e f o r t , de Pinna De Negers vis*
fchen ’er naar, by de Kaapen o f Uithoeken
der Kust van Senegal, zegt A d a k s o n ,’ waar
men op drie Vademen diepte deeze Schulpdieren
aantreft , die gekookt en wel toegemaakt
lekker zyn ; en van den fmaak zo wel der
Europeaanen als der Inboorlingen des Lands
( t) . Zo dat men dan de Ouden wel geloo-
ven mag, die ons verhaalen, dat zy altemaal
wel goed en'eetbaar, doch de jongen of kleinen,
als ook die ’s Voorjaars gevifcht worden
en in dé Zomer, best zyn. Z y hebben alsdan
zekere klomp van Vettigheid, by A r i -
s t ö t e l e s het Ey genaamd, waarfchynlyk
de Hom o f Kuit, die de lekkerheid vermeerdert,
Zy worden ook , met Azyn en Peper
ingelegd, gegeten. Men heeft ’er Geneeskundige
Kragten aan toegefchreeven, en de Schaal
zal daar in met die der Oesteren en Mosfelen
naast overeenkomftig zyn.
Een Ham-Doublet, haare Jongen vertoo* voorttee.
nende , was een Beeldfpraakig Zinnebeeld by £
de
(*) Reize naar de Levant. III. Brief, p. 46,
(U au Sinegal. Coqtiill, p. 213»
F f