VI.
A fd eel .
XXX.
Hoofdstuk.
Zet-Tulp.
Tl. CXVI.
Fig. 4.
Fraaijer munt de Koleur en het maakzel van
de Schaal uit in die kleiner Soort van Zee-
Tulp, welk uit de itfyheö,-1n-J%. 4. naauwkeu-
tig vertoond wordt.
De Heer E l l i s geeft de afbeelding van
dergelyke Zee-Tulpen, van een Schip afge»
nomen dat van Sumatra kwam, ’t welk de
door LiNNiEOs aangehaalde Figuur is, en
van anderen, komende van een Jamaikaafch-
raarder; die hy de Klokwyze noemt, om dat
dezelve^ naar boven, wat fmaller toeloopt:
aE ook een derde Soort, door hem de Tulp-
agtige genaamd, maakende een Tros nit, die
aan een Stuk Bloedkoraal gegroeid was; zyn»
de dit zeldzaame Stuk aan de Kust van Italië
, by Livorno, uit de Zee opgehaald. De
geftalte, zegt hy, niet alleen wegens de fpit-
fe punten vUri den Rand ; maar de Kleur,
met lierlyk roode Streepen op een witten
Grond, maakte die benaaming eigen. Derge-
lyken als in de Indiën zouden dan , gelyk
LiNNiEUS aanmerkt, ook in de Europifche
Zee voorkomen, en ik geloof dat d^eze drie
flegts Verfcheidenheden van deeze Soort zyn;
zo wel als de fcheef gemonde van de Kaap:
doch die Soort, welke E l l i s in zyne Fig.
11 afbeeldt, ook uitOostindie afkomftig zyn*
de kan niet wel tot deeze Soort behooren,
om
(*; Men zal het in ’t Vervolg van de Verzameling van ge-
kkurde Hoorens en Schulpen dooi Kiioft R, [afgebeeld vinden.
pm dat de Wanden van de Schaal dik en VI.
voos, en als uit Pypjes famengefteld zyn; ’t ^ ^ -EL*
welk grootelyks van de gelleldheid der ge- H oofd-
woone Zee-Tulpen verfchilt. • Mooglyk is stuk.
dit die Soort, waar v anR uM P iu u s fpreekt, K'Tul?'
zeggende dat zy van buiten niet geribd zyn,
maar leelyk graauw, ruig en gegaat, (dat is
met gaatjes,) die men zo wel aan de Klippen
vindt, als aan de Schildpadden. Ik heb
’er zodanig één, waar op een Kaapfch Zeegewas,
van ongemeene grootte, gegroeid is.
(13) Lepas, die vast z it, met de Schaal xrir.
rondagtig zeshoekig en gegroefd. delVD‘a'
Walvilch-
Welke Sehaal- o f Schulpdieren het zyn, die Pok>
B o c c o n e met den naam van Walvifchluis
bedoelt, is , uit deszelfs befchryving en afbeelding,
niet duidelyk op te maaken. Üit
vergelyking, evenwel, van dezelven met het
gene S ib b a l d van zulk een Dier fchreef,
en met de afbeelding, welke L 1 s t e r. geeft
van een Pok of Zee-Eikel, die op de Wal-
visfehen fömtyds gevonden wordt, heeft men
opgemaakt, dat deeze Schaal een D ie r, naar
de Polypusfen zweemende, bevat, ’ t welk de
Armen ver buiten de Schaal uitftrekt, en de
Iang-
(13) lepas Testa fubrotuncü fexlobata, fulcata, fixa. Syst.
Nat. XII. GÜALIH. Test. T. 106. f. Q. B o CC o HE Recherches.
294. RUM PH. Muf. T. 14. H,