had keuren van 8 October 1501, 2 Febr. 1502, 13 April
1551 enz. '.
Groot Schippersgild. 1393—1810. Hunne stukken klimmen
op tot het jaar 1393 (n° 2072). De registers betreffende het
recht van vrije lading loopen van 1393—1700. Het beurt-
veer tusschen Haarlem en Middelburg klimt op tot 1591,
dat tusschen Haarlem en Amsterdam tot 1597; dat tusschen
Haarlem en Alkmaar tot 1640; dat tusschen Haarlem en
Leiden tot 1644; dat tusschen Haarlem en Dordrecht tot
1661, en dat tusschen Haarlem e n ’s Gravenhage tot 1707.
Maar ook voor de buitenlandsche vaart vindt men sporen
en stukken van 1563—1698 betreffende de vaart der Haar-
lemmers op Denemarken en Londen, en van 1746 betreffende
het veer op Hamburg en Aitona.
Er bestond zelfs in Haarlem een Schoonenvaardersgild,
dat op Schoonen (Scania, Skane), het zuidelijkst en bet
vruchtbaarst gedeelte van Zweden, van 1416—1763 (toen
dit gild ontbonden werd), handel dreef.
Het honten beschilderd blazoen van het Schippersgild
te Haarlem (Tentoonstelling Arti 1858 n° 225) heeft dit
opscbrift in duitsche letters:
' D it is de Goutsmits Camer, zoo leest men nog in den gevel van h e t p a k huis
, n® 9 5 , op h e t B e g g ijn h o f prijkend met den gulden heker. Zij hadden
tesamen met h e t St. Lucasgild een a lta a r in de St. Bavo ( 1 5 7 6 ) , maar vroeger
ieder e r een afzonderlijk. K o s i n g Tafereel der stad Haarlem I , blz. 1 3 9 ,
volgens de Oude Tijd 1 8 7 3 , blz. 2 5 3 .
Onder dees roos: Wat men setjt
Verstaet, de gloos ' Al waert quaet hescheyt
Salt m (men) verhole. Twaert u hevole.
Gruttersgild 1687—1795.
Hozen- of Kousenverkoopersgild, 1660 —1798.
Hoedenmakersgild, 1704'—1803.
. Snijders-, Kleermakers- en Keurslijfmakersgild. Yan
1560—1804. Als Snijdersgild zeker veel vroeger bekend,
zegt de Oude T ijd , 1873 blz. 253 b In den Inventaris
komen onder n° 2078 voor: Stukken betreffende de plecb-
tige vertooning door het gild in den groten ommeganck
op St. Jansmisse. Toen werd het t. a. p. vermelde stuk
vertoond, getiteld:
Waghenspel van den berch van Thabor.
Omstreeks 1686 werd hun gildehuis „in de nieuwe ver-
grooting“ op de Nieuwe gracht gesticht. Op den daar
geplaatsten, onlangs Aveggehakten gedenksteen Avas het
volgende te lezen :
Schoon ’t taken en de stof
Heel treflick is geweeve
Ten heeft nogh geen fatsoen.
^ Gloos, g lo s , glosse, opmerking of kantteekening.
- ITierondcr een contract van 1 6 6 7 over h e t leveren van franien.
^ Keu r van h e t Snijdersgild van 1 4 6 0 bij van Limburg Brouwer, Doer-
goensche Charters blz. 124 (Archief van Haarlem).