¡1 ' •!
I H
ii''
6) n° 2420. (1773) met W il l em v a n de W a t e r 24
April 1773. K.
7) 11° 2421 (1797) met: G e r r it B l e k k in g h heeft het
Gild gekogt den 3 May 1797.
8) n° 2422 (1812) B a r e n d d e M il d e h e e ft h e t Gild
g ek o g t den 29 A u g u st u s 1812.
Bovendien zijn ons nog de volgenden voorgekomen:
9) Als n° 1, maar veel fijner gegraveerd: Voorzijde:
Een Ligter en Ligtermans Gilt. Keerzijde: H e n d r ik v a n
E e sa n t den 19 Decemb. 1741. Geel koper; gegr. (groot 25).
10) Voorzijde: Een gekroonde naar de linkerzijde ge-
keerde lichtersclmit: daarboven: Ligtermans Gild. Keerzijde :
J a n | T e u n i s s e I K am s ) 1735. (A"erz. P. H. v a n G e l d e r ).
Goed gegr. G. K. (27).
11) Als boven n° 10. Keerzijde: L o u r e n s ) R b v n d e r s ]
Den 19 Apriij 1777. Grof gegraveerd G. K. (23) (Yerz.
P. H. TAN G e l d e r ).
12) Als boven met ’i Ligtermans Gild. Keerzijde: J a cob
| S t e f f e n s I heeft het Gild gekocht Den 16| May|
17951 Zeer fijn gegraveerd. G. K. (21) (Yerz. P. H. VAN
G e l d e r ).
13) Cat. DE V r ie s n° 2402, z. 22 w. Overmanspenning
van bet Lichtermans gild. Volgens V oute Cat. n° 1436 de
nieuwe penning. Deze zeer fijn gegraveerde penning van
zilver (groot 33) is wmt de Voorzijde betreft op plaat VI
(63) afgebeeld. Die voorzijde vertoont een links gewende
lichter met den lichterman er op. Daarboven op een fladderend
lint: D e L ig | t e r d e v ro uw J oJi ia n n a . Daaronder in
een schild; 52 voet a|msterdamsch| 11 dmjm.
Keerzijde: A b r a h am ) d e Clercq d e AonqC\ Ligterman
geworden] den 8 December 1767.
14) z. j. Van N ico laa s H e u se n b e e k K. {Cat. M u n t e n d am
n° 740.)
Linnenwevers gild. Zie St. Rochus Gilde.
Het schijnt dat het Lint- en Passements-werhersgild '
omtrent het jaar 1641 opgericht is (W a g e n a a r IX blz.
221), omdat in een keur van 28 Jan. 1641 gewaagd
wordt van Gecommitteerde Opzieners over de Instrumenten
van de Lintmolens, later zoo het schijnt Overluiden van
het Passement- en Lintwerkersgild genoemd. Den inlioud
hunner keuren, die niet belangrijk i s , deelt (W a g e n a a r IX
blz. 221—222) mede. Hunne penningen zijn verschillend.
I.
Lintwevers.
a) Voorzijde: Een zijderups op een moerbeziënblad. (Zie
de afbeelding bij Utrecht). Daarboven L(int) W(evers);
daaronder 1660.
Keerzijde: LOWIES (L o u is )
HEYN
Geel koper, gegr. (groot 24).
b) Voorzijde ~ Keerzijde:
‘ Ord. van het Passement- en L intwerkersgild Amst. z . j . bij S. L am s v e ld ,
36 blz.