
Keerzijde: Vier verscliillende soorten van peperkoek,
waarvan twee gelijkvormigen (zie Aliddelburg, plaat 6 , ofpl.
EXA^I 11° 33) een gebogen vierkant flankeeren, waarop een
links rennende ruiter en 16 — 69 te zien zijn.
Omschrift: @ lo E i s Oosdyck D e k e n . A n to n i y a n
D u c k b e l e e d e b .
Bevue 1859, p. 123 n° 166. Cat. 2''® druk 1876, blz.
79 11° 350b.
Platienmakers. Zij verkregen reeds den 4 Aug. 1430 een
keur en ordonnantie. Inv. n° 163. Inhoud blz. 41 , waarin
sprake is van Platienhout.
De Aliddelburgscbe Pethorijkers penningen (van 1592,
1642 en 1667) van de Kamer: De spruite Jesse in Minnen
groeijende, drie in getal, als buiten ons onderwerp vallende,
zijn bier niet beschreven, maar in de Revue 1874,
p. 5 9 --6 0 n° 172 — 173, en twee er van (die van 1642
en 1667) op plaat IV aldaar afgebeeld.
Yan de Rmmmantels- en de pelle- (lijkkleeden) verkoopers,
vermeld in de Zel. 111. (blz. 330), is ons geen gildepenning
bekend.
Wij gaan nu over tot de Schippers.
In den Inventaris enz. vinden wij (onder n° 786) eene
ordonnantie van Bailliu, Burgemeesters, Schepenen en Raad
van het Sinte Jacobs Ghilde tot Noortmonster (Aliddelburg)
van 19 Juni 1497. Hit den inhoud (blz. 211 medegedeeld)
blijkt, dat bet een ambacht der Schipluyden was, met Overdeken,
Deken en Beleeders, en dat niernand daarin mocht komen,
tenzij poorter van Aliddelburg en opgenomen in het At.
Jacobs gilde te Noordmonster. - Ook de Schippers van Arnemuiden
droegen in de prooessie tien kaarsen en een standaard
van St. Jacob, evenals die van Aliddelburg, welke daarbij
nog een St. Jacobs-kaars voegden. Onder n° 984 vinden
wij in den Inventaris weder eene ordonnantie van wet en
raad voor het St. Jacobs-gilde of Schippersambaeht.
(In het HS. vindt men nog eene ordonnantie op het
Schippersgilde van 10 Jan. 1594 (38 Art.). Geamplieerd
11 Decb. 1604. Daarbij eene Waarschuwinge van 22 Alaart
1640, vernieuwd 22 Decb. 1647, en eene resolutie van
23 Febr. 1754).
Ook die van Arnemuiden zijn er in begrepen (zie den
Inhoud blz. 265). In eene ordonnantie van Aliddelburg en
Antwerpen, voor de Schippers varende tusschen die beide
steden (1520 n° 1168 blz. 41), is ook sprake van bet
Sint Jacobs gilde, om van vele andere stukken in den Inventaris,
waar van het Scbippersgilde sprake is, b. v. n° 1428,
1450 enz., te zwijgen.
Het bevreemdde ons, nu wij St. Jacob bier zoo dikwijls
ontmoetten, om in 1599 en 1675 Sinte Roch als bun
patroon te vinden op door Aliddelburgscbe kenners van
gildepenningen aan die stad toegewezen stukken. Zie Zel.
111. blz. 328 en Ccd. Oudh. blz. | n° 351.
I. 1599. Voorzijde: Een pelgrim (St. Rochus) aan
het strand der zee en 1599 (zonder eenig randscbrift
en als gildennmraer (30). In de Yerz. R temebs. Fraai,