
melvelleii, inkt, pennen, schachten en schalien (leien)
Art. 4.
De boekbindersproeve was een groot czart (qnarto? of
charter?) boek en een bijbel in folio enz. te binden „na
ouder gewoonte.“ De entreegelden waren 10 schell, voor
den poorter en 20 schell, (grooten vlaamsch) voor een persoon
van buiten. Voor een leerjongen 3 sohellingen .
Verzuim van het bijAVonen der door den knape aange-
zegde begrafenis of der vergadering kostte een schelling.
De verdeeling der boeten Avas in drie gelijke parten, voor
het gild, de armen en den officier. Den 22 October 1599
werd op klacbte der Boekverkoopers verboden aan vreemde
loopers en kramers om almanakken, liedekens ofte nieuwe
tijdinghoeks längs de huizen te venten.
Daarop volgen andere bepalingen over de boeken-aucties
(1650), der leerlingen leer tijd (1660), tegen het inj ureeren
met scbeldAvoorden van dekens, beleders of den knape
(1664). Verders rekesten (1667), over het verkoopen door
de Kruideniers van riemen en boeken papier, een resolutie
daarop (1679)* enz. Zij hadden drie gildepenningen:
I. Voorzijde: Een binderspers waarop een opengeslagen foli*
In 1647 (in Mei) verhoogd to t L 2 , L 3 en 10 schellingen en de j a a r lijksche
contributie to t 5 scholl, vlaamsch.
® Een privilegie van hen (1684) komt voor op den Cat. Bodel-Nije n iiu is
(n® 3811), en in den Cat. Oudh. p. 56 n® 308 w o rd t een vignet vermeld (boek-
drukkerij) van een Privilegie van ’t Gilde enz. Tot Middelburgh . . . omstreeks
1674 gedrukt.
ant met linten voorzien en waaronder een beslagen bijbel
met haken. Daar beneden (2):
Omschrift: * Za c h a r ia s . j . R o m a n ’ . D e k e n .1631.
Keerzijde: Een drukpers, aan wier linker stijl een
dresseerhamer, en aan Avier rechter stijl een inktbak is
bevestigd; links en rechts daarvan een paar Drukkersballen.
Omschrift: v P a v l v s W a n t e . e n ia n d e m ey . b e -
l b d (e b s ). Geel koper, gegoten (groot 26). Zie Bevue
1858 p. 421 (1) en Cat. n° 301. Afgebeeld op
Middelburg pl. I of pl. LXI (2) en bij V a n Or d e n
pl. XV (2) ', die blz. 79 opmerkt, dat deze penning geen
kenteeken van stad of plaats draagt maar hoogstwaarschij n-
lijk van Middelburg is, omdat de Deken R oman aldaar
boekdrukker was, in den vergulden bijbel, in bet jaar
1636, volgens L e L o n g , Boehzaal des Bijbels blz, 861.
II. De begrafenispenning van het gild.
Voorzijde als n° I.
Keerzijde: Een lijkbaar met de pelle (bet lijkkleed) van
het gild.
Omschrift: H e d e n m i j , morgen d u . a ° 1631. Zie
Revue 1858 p. 421 (2) Catal. blz. 55 (e) en blz. 65
(2<i® Editie 1876). Geel koper: gegoten (groot 26).
III. Voorzijde: Eene drukpers. Omscbrift:
' En in the Numismatic Chronicle 1867 p. 137 (met u® 4) als titelvignet
voor h e t stukje van AVilliam Blades p. 137—140, g etiteld: Numismata
Typograpldca or the medaUic history o f printing.