
¥
j »;«• 'f!
3) Voorzijde-. Een vlotschuit, daarboven : DEN 10 JYLY
Keerzijde-. S a k d e r I Co r n e l is | L e e l y . 1695 (Verz.
F. H Ma sc h h a u p t . Cat. Tent. n° 2610). G. K. (22)
pl. XV. n° 166.
N° 4— 6 zijn zeer curieus om de bijvoegingen derkw®akkels.
4) De oudste (groot 25). Verz. P. H. v a n G e l d e r ,
heeft op de Voorzijde boven de vlotschuit twee kwakkels,
die naar de linker zijde vliegen als zinspeling op den he-
melzegen in Exodus XVI vermeld. Keerzijde: Onder een
lint: Ch r is t o f e e l I Ca s p e r t s | D e n 23 Octob®| A° 1760.
Zie plaat X , 117.
5) (Groot 28) (Verz F. H. Ma sc h h a u p t ) heeft drie
nederdalende of vallende kwakkels. Keerzijde: Flooris de
Jong\ den 8 Desemb. A° 1770. Zie plaat X 118.
6 ) (Groot 2 4 ) . (Verz. P. H. v a n G e l d e r ). Voorzijde:
met een v®allende kwakkel. Keerzijde: Dirk\ de Haas\ den
21 Augustus] A° 1784. Zie plaat X 118.
7) (Groot 26). Voorzijde: De Vlotschuit Keerzijde:
P ie t e r P u r r em e r e n d ] d e J o n g e ] Den 11 Juny 1774.
HS pl. XLI (4).
Vogelkoopersgild. Zie Hoender en Vogelkoopersgild.
Waagdragersgild ". Ofschoon eerst den 26 Maart 1616
opgericht, bestonden de Dragers aan de Waag reeds lang.
In April 1766 waren er 283 door Burgemeesteren aange-
' 1695 gescbeiden door een lelie.
2 Ordonnantien enz. voor h e t Waagdragersgild. Amst. z j . 87 blz. 4'° met
registers 14 blz. en Aanhangsel 15 blz. 4 '“.
steld. „Ongeveer 150, zegt W a g e n a a r IX , blz. 129,
„hebben zieh, van tijd tot tijd, in Ploegen of Veemen,
„gelijk zij genoemd worden, zamengevoegd. Elk Veem ar-
„heidt in een beurs. De overige Waagdragers worden Vrij-
Juiden genaamd“ {Vrij van een Veem). „De Veemen zijn
„meest alien te ondersclieiden aan zekere teekens aan den
„hoed, of aan de kleur der hoeden-zelven, en deze teekens zijn
„somtijds met bewilliging van Burgemeesteren aangenomen.“
Sedert de keur van 24 Decb. 1654 mogt geene oprichting
van een nieuw veem zonder bewilliging v a n ’t Gerecht
geschieden. In 1685 werd het aantal Veemen van 19 tot
22 vergroot, welk getal in April 1766 nog betzelfde was,
behalve het Kaasveem toen uit slechts twee personen bestaande.
De andere Veemen bestonden uit 5—6—7, enkele
uit 8—9 personen. Wanneer er eene plaats open viel, be-
noemden de Veemgasten drie Vrijluiden, uit welke de Burgemeesters
de verkiezing deden. De Vrijluiden vielen in
volgens de pen (tot wier bewaring een pennevader was
aangesteld) ' of bij de pen af, wanneer de Veemen hun
werk niet afkonden. AVa g e n a a r IX , blz. 132—133.
Al de penningen der Veemen in geel koper, gegoten,
(groot 23) vertoonen aan de Voorzijde het gebouw van de
Waag, en op de Keerzijde , gegraveerd, den naam der volgende
22 Veemen. Zie W a g e n a a r IX , blz. 131'—132,
en plaat X 119.
‘ Cat. Tent. Am s t. 1876. n® 2231. 18' Eeuw. Stemhord met pennetjes der
Brouwers.
Ü
I '
-it®
ii
ip