
I
m ‘
N:a.
I L.SS * ’
Bij een omslag in 1412 van 400 ponden, ook ten be-
boeve der versterking betaalden de 87 Makelaars (die een
makelaarshof badden) 80 pond 2 scbell. Yeertien waren
er onder die ieder 2 pond gr. moesten betalen.
Het VleescJiambacM 25 pond, het VischamiacM 21 pond,
de Bakkers 19 p. 12 scb., de Scheppers 19 p. 8 scb.,
de Merseniers 14 p ., de Smeden 13 p. 15 scb., de Cor-
deivanniers 11 p. 12 scb., de Timmerlieden 9 p. 6 scb.,
de Kousscheppers * 8 p ., de Oudekleerkoopers 6 p. 13 scb.,
de Barbiers 6 p., de Lijnmakers 5 p. 15 scb., de Groen-
houtoers 5 p. 13 scb., de Kuipers 5 p. 8 scb. (deze gaven bun
naam aan de Kuiperstraat), de Kaarsgieters 4 p. 19 scb., de
Wapenmakers 3 p. 11 scb. 4 gr. , de Zilversmeden 3 p .,
de Grauwwerkers 2 p. 17 scb. 6 g r., de Metselaars 2 p.
14 scb. de Tegeldekkers, de Beurzenmakers en de Tijkwe-
vers ieder 2 p. “, de Pourpointstikkers met 30 scb. en de
Scheerders (droog- of lakenscbeerders) 16 scb.
Elders deelen de Bijdragen (Deel Y I, blz. 160— 182)
ons de keuren van de ambachten, weike men in den jare
neerder van h e t w e rk , slechts „12 grooten daags g en o o t; de Steenhouwers en
„Metselaars niet meer dan 10 g r . , velen zelfs nog minder, en de D e lvers,
„Hoozers en Butdragers * of huttiers 6 grooten.“ Van Dale, Ee» SKi:, blz. 53.
* Butten, manden van teenen gevlocbten en bekleed van b in n e n , om aarde
of slik daarin te dragen. t. a. p. blz. 55 (2). B ijd r. V I , 182.
‘ Van Dale, E en h lih , blz. 38 en 105.
~ Zij vervaardigden allerlei gebreide kousen en so k k en , waaronder sommigen
met de aardigste teekeningen versierd.
3 Ook cnmsmakers genoemd.
1441 te Sluis mocht uitoefenen, mede, achtereenvolgende den
inhoudene van den vonnisse van onsen gheduchten heere
ende prince Philipse, hertogh van Bourgondie den 5 Nov.
(1441) te Heusden gegeven. Gemaakt door de schepenen
van Brugge, werden zij in Aug. 1445 aan de schepenen
van Sluis overgegeven.
Deze keuren gelden:
I. De Scepsceerers. Zij mochten dit ambacht (droogscheeren)
uitoefenen , zonder persen te houden; zij badden een Deken
en Yinders en wat men verder in de 44 artikelen van hunne
keur (blz. 161—169) vermeld vindt.
II. De Vaerwers ilakenverwers). Er mocbten er maar twee
zijn ' „ende niet meer, daarof dat een rood verwen zal
„ende van alle verwen dat men verwen mach van meeden
„ende van wonden; ende dandere zal vaerwen blaau, de-
„ weike men doet met weeden.“ Yele andere bepalingen
hen betreffende zijn vervat in de 21 Artikelen blz. 169—
173 te lezen.
III. Vleeschhouwers: hunne keur van 21 artikelen beslaat
t. a. p. blz. 173—175 b
^ Deze bepalingen klimmen to t den 22 Febr. 1390 op. Zie Yan Dale,
E e n U ik , blz. 27. Reeds toen hadden de bewoners der Zuid- en Oostkeure
(vóór hunne inlyving bij Sluis) h e t re ch t „de tenir à p e rp é tu ité m e tie rs , vendre
drap et faire toutes autre s marchandises comme l ’on à fait ju sq u es à ovis(/ci)
(t. a. p. blz. 26). Ook mochten toen in Sluis twee s^iííffrí-Ledertouwers zijn.
(t. a, p. blz. 27 en blz. 221}. Maar geene Lakenhereiders; alleen drie L a k e n snijders,
die hu n laken te Brugge moesten koopen! (Vergelijk blz. 96—97.)
2 Twee oudere stu k k en betrekkelijk de Vleeschhouwers zijn in de B ijdra-
Jí