
': 'ÎMÜÎJ'
f i! 46 AAISTERDAM.
. ^21 I: X Æ
De oudsten zijn groot (35), de jongsten (33). Zij verschil-
len nagenoeg alleen daardoor.
Allen hebben tocb op de het gekroonde wapen van
Amsterdam, tusscben twee fruithorens op een voetstuk geplaatst,
op Avelk voetstuk de naam gegraveerd werd.
Omschrift: HORTI MED.(ICI) AMSTEL.(ODAMENSIS)
LIBER. INGRESSUS {Vrije toegang tot den Ämsterdam-
scJien Artsenijtuin.)
Keerzijde : Aesculaap met den slangenstaf in de rechter-
hand ; achter hem een gebouAv, en links en rechts vazen of
bakken met planten.
Omschrift :
MAXIMUS • AEGRIS ■ AUXILIATOR • ADEST.
[De grootste helper der ziehen is hier.) 7Ae onze pl. I
(11), A"AN Or d e n jaI. II (5) blz. 5, die t. a. p. ook spreekt
van den niemcen toegangspenning, Bevue 1858 p. 354,
Revue 1859 p. 84 (40) met,
(1825) J. H. B agman (33) (1819) H. L u ym e s . G. K.
(1807) F. S chuma n (1776) J a n B r ik k e n a a l .
(1775) Doctor Adam Westerman G. K. (35). Zie plaat
I n° 11.
(1770) W il h e lm E p h r a im , (1766) B oel J acobs.
Bick e r was op de Hist. Tent. Amst, 1876 ii" 3 6 5 , als eigendom van don
he er J h r . H. J . Bic k e r .
f ) Cat. Tent. Amst. 1876 n “ 2739 van JoACii. B e n d o r p Cons. Am st. Topar-
in Manpie tte , met h e t k a n tsc h rift: Curator ¡[orti Medici Amstelodumensis
M D C C L X X X r i .
(1761) Josius P e t r u s T eeg e r {Cat. Tent. Amst.) 1816.
n® 2743.)
(1747) D a n i e l G a d e (Rood koper) (1730) B e r n a r -
DUS D o b t s m a {Cat. Tent. Amst. n° 2742), en zonder
jaartal, van G e r b i t W ig m a n en D. v a n G e s s c h e r {Cat.
F o c k e r 1876 n® 7482.)
Glashannen, Aardewerk en Minerale Waterverkoopers-
gild met Ordonn. 1804 56 blz. 4*®. Over hun verzoek in
1673 om een bijzonder gild te worden, zie T e r G o uw .
Gilden blz. 75. Zij bekwamen eene overmansplaats in hun
oud gild der Tinnegieters.
Goud- en Zilversmidsgild. Komt het eerst voor in 1469.
Het nam zoodanig in omvang toe, dat op het einde der
17® eeuw het getal overlieden tot vijf werd Amrmeerderd.
Zie verder W a g e n a a r IX blz. 112—115, en hunne ordonnantie
gedrukt in 1767 16 en 17 blz. 4 ‘®, S c h e l t em a .
Inv. II blz. 29.
St. Maarten of Groot Kramersgild. ‘ S c h e l t em a . Inv.
I 123, 127, 201 en Aemstels Oudheid VI 132, Cat.
Tent. Amst. 1876 n° 2362—2369. Is ook zeer oud, zegt
W a g en a a r IX blz. 81. De Marseman moest gildebroeder
van Sinte Martijns Gilde zijn. De OAmrmans beetten Vijnders
of Vinders. Een kenr van 24 Juli 1476 noemt dit gild,
zooals in Dordrecht, het Comansgild. Volgens het oudste
Gildeboekje Averd de gildemaaltijd des Zondags na St. Maar-
Ordonnantien enz. betreffende b e t Groot Kramersg'dd. ¿Vmst. 176^8 4 4 blz.