
'i 'i
106—107. Zie ook Ned. Jaarb. 1790 blz. 122 124.
Keur van 28 Jan. 1790 , waarin een keur van 29 Jan. 1755
wordt aangebaald.
Geene penningen van dit gild zijn ons immer voorgekomen.
Wel een vignet van het G /w i reeds
boven beschreven.
Genootschap der Geneesmeesteren. Van ouds , zegt W agen
a a r VIII blz. 783, placbten in Amsterdam de Doctoren
in de Medicijnen, met de Apothekers, te bebooren tot het
Kramersgild (!) Zij bleven daarmede tot aan het midden
der 17® eeuw vereenigd, alleen gebenden door eenige keuren
uit de 16® eeuw. In 1638 Apothekers an Doctoren
in de Medicijnen tot e^n gild of liever Genootschap
vereenigd, waarvan de Inspectores der Apotheken overluiden
zouden zijn. Deze vergaderden nog in 1766 boven de kleine
vleeschhal. Het wapen van het genootschap, vertoonende
een slang, die om eenig genezend kruid geslingerd is , vervat
in een schild, dat door een hand wordt vastgehouden
(verg. VAN Or d e n pl. II n ° l ) , prijkte aldaar opdepoort.
De Doctoren in de Medicijnen betaalden jaarlijks f 5.__
voor het onderhoud van den artsenijtuin of Hortus Medicus,
die in 1682 in de Plantaadje was aangelegd, nadat
reeds vroeger twee artsenijtuinen in Amsterdam onder
de uitbreiding der stad verdwenen waren. (W a g en a a r
AHII blz. 702, D. NwAANYi, Amsterdamsche Buitensingels,
Amst. 1723 blz. 223 en 243.) De beschrijving enz. van den
nieuwen Hortus Medicus vindt men bij W a g e n a a r t. a. p. blz.
7 0 1— 7 1 3 b Deze maakt ook melding blz. 7 7 1 van de koperen
penningen „op het vertoonen van welke de Doc-
„toren, Apothekers en Apothekersknechts, Aa Chirurgijns avi
„Chirurgijnsknechts, de Studenten en Professoren Avorden
„toegelaten.“
Wij hebben die der Apothekers, die der Chirurgijns en die
hunner leerlingen reeds beschreven en van den ouden toegangspenning
der doctoren van 1684, massaal met dien der
Apothekers, reeds t. a. p gewaagd. De nieuwe grootere toegangspenningen
der Doctoren volgen nu. Zij komen veel-
Amldig, zoowel in geel- als roodkoper en ook in zilver, van
verschillende grootten voor, en deze laatsten soms geheel
gedreven en met daarom gezetten zilveren rand b
‘ Zie ook Cat. Tent. Am st. 1876 , n» 2730—2736.
2 a) In de Bevue 1859 p. 84 (groot (35) van den beroemden C. II. ä H oy
(nu in de Verz. Maschh aupt ). R an d s c h rift: Sociiis Collegii quod civhim
Amstelodamensium saluti prospicU (Lid van h e t Collegie van Geneeskundig
Toevoorzigt te Amsterdam.)
b) In den Cat. B om , 1873, n** 4893, bijzonder fr a a i, vereerd aan den
Inspector van h e t Collegium Medicum, A ndr ie s Bo n n , med. doct.
Ook voor Apothekers.
c) Cat. Tent. Am st. 1876 n ^SO lT , (1 7 6 0 ) Groote zilveren toegangspenning,
Pharmacopoeor. ordini MDCCLX, en het kan tsch rift: H ieronymus
DE Bosch II{ieronymi) F{iUus) N{epos) natus Amstel. d je ) X X IV Mart.
MDCCXL. (Verz. van Mr. J e r . de Ve ie s J z n . , diens kleinzoon).
d) Van T. F r e sca r o d e , Amstelodamt N a t. 15 Maart 1754, in zilver en op
don ra n d ingesneden: Pharmacopola 24 A ug. 1773 Amstelodami Collegii
Medici Jnspector 4: J a n . 1788 Ecclesiae Anglicanae D ia c o n u s e ju s q u e OrpJia-
notrophi regens creatus 23 Febr. 1788. (Verz. P. H. van Ge ld e r te Velp.)
e) F e n veel oudere van 1702, in z ilv e r, met den naam van H end rick