
■ 'It'
I r l :
[ ■: ' f ■
huis was achter de Oude kerk, en in het begin der
17® eeuw waren er reeds meer dan 400 bakkers in Amsterdam.
Hun gildepenning komt overeen met vele anderen van
den nieuwen vorm van Amsterdam. (Plaat II n® 12).
Voorzijde: Een doorsneden schild, waarop boven; het
door twee leeuwen vastgehouden wapen van Amsterdam,
en beneden de naam van den bakker, bij v a n Or d e n
pl. lY (9).
Jjuycas (van) Iselmuyden.
Keerzijde: Een bakker, gedekt met hetgeen de Franschen
la casquette du général ou père Bugeaud, en wij een topper-
of slaapmuts noemen, bezig deegbollen in den oven te
schuiven.
Omschrift: B a c k e r s G h i l t ; v a n Oe d e n pl. IV (9 )
blz. 17 Bevue 1858 p. 381.
Bedelaars ', v a n Or d e n pl. X II deelt (zie ook blz. 5 9 )
een p>aspoort of verlofbrief van Amsterdam mede (gedrukt
op zwaar grof papier) , om aalmoezen te mögen ophalen.
1776, 85 e n 4 b lz . 4 to , en de Ord. op het gemaal 1' Ueel 1790, 59 en 4 blz.
Over hunne kla ch ten tegen de molenaars, die hunne knechten dronken maak-
ten in J a n . 1682, zie tek Go uw , De Gilden, blz. 88—84.
' Ofschoon in de verste verte geen geordend gilde, zoo maakteu toch de
rogoerings-verordeningen in sommige steden van ons v ad erlan d , door de rego-
ling der b ed elarij, het tot ecu geordend heroep. Het zij ons dus veroorloofd
(te midden der deftige (/¿Idepenuingen) ook een merkwaardigen Amsterdam-
scheu bedelaarspenning op te nemen. Bij Maastricht zullen wij ons aan
dit misdrijf ook schuldig maken.
Paspoort (daaronder het gekroonde wapen der stad , vastgehouden
door de leeuwen).
Aelmisse te hidden voor de goede luyden deuren den
tijdt van drye daghen van ’smorghens ten acht uyren tot
tsavonts ten vier uyren ende anders nachts verder niet.
Maar behalve deze papieren paspoorten reikte men in
’s Hertogenbosch (aldaar blokpenningen genaamd), in Maastricht
{Catalogus Mic h ie l s 1872 n° 2736, zie de af beelding
beneden bij Maastricht pl. III 27), en ook in Amsterdam
, metalen paspoorten, althans aan de inkomende of
vreemde bedelaars uit. In het Nederlandsch Magazijn van
Februari 1862 blz. 40 en in de Bevue 1874 blz. 149 is
zulk een looden gegoten penning groot (34) beschreven
en afgebeeld. (Plaat II n° 13).
Voorzijde. Het wapen van Amsterdam.
Keerzijde: Een verminkte bedelaar (met een k ru k ), die
zijn hoed uitsteekt om een aalmoes op te vangen.
Omschrift: ‘ V o e r : D e in c om e n d e , b e d e l a a r s .
Het stuk moet van voor of in het jaar 1597 zijn, want
in het keurboek (H. fol. 117) wordt op den 11 November
1597 bepaald, dat z ij, die de toestemming hebben bekomen
om armen te herbergen (op stads kosten?) het looden tee-
ken moeten a f nemen van de armen, hetwelk deze van de
* De vijfhoekige ster van Maastricht geheel zoo als die voorkomt op pl.
I I I blz. 27 op de voorzijde van den Maastriohtschen Bedelaars penning. Is dit
toeval ? Ook elders vonden wij die s t e r , en wel op penningen die niet in
Maastricht te huis hehooren. Zie Aanhangsel I.