Keerzijde: I Y D P [ 17^55. (Eigendom van den heer
J. B a r e n d s e n Y a n R o u y c k h u y s e n .) Siuis pi. 2 , of
LXXXIII (7).
8. Voorzijde: Ais n° 7. Geei koper (groot 35).
Keerzijde: Wapen van Siuis, gekroond en I B ] 17^83.
(Eigendom van den iieer Civiei Ingenieur J. J. H e n n e -
Q U iN .) Siuis pi. 2 of LXXXIII (8).
9. Loods of Veerschippers gildepenning.
Voorzijde: Een naar de rechter zijde zeiiend sprietschip
met vier nederlandsche vlaggen of wimpels (gestempeld of
althans gegoten).
Keerzijde: Een wapen van zilver, doorsneden door twee
golvende fasen van lazuur. Daar boven gegraveerd. (Yerz.
Y a n G e l d e r (33). Daar onder Eendracht | MaeJct [ Macht.
Xaast bet scbild 16—69 en
ALS — DE
E — G ‘.
Geel koper (groot 27). Revue, 1874 p. 51 (145).
Alhoewel de kieuren der golvende fasen niet overeen-
stemmen met n° 1 - - 8 , zoo kennen wij dit fraaie penningje
toch aan Sluis toe.
’ Wijlen a . H. G. E okkek las op dezen, volgens hem Zeeu-wsclien p e n n in g ,
Eendracht m aak t Macht als deeg. W j liev e r: Afe <ie(ken) in 1669 E . G. of
als if<i(ken) e(li)^(eerd) (gekozen). In Sluis gebruikt men nog al Fransche
wo o rd en , b. v. renuncieert enz.
E IN D E VAN H E T E E R S T E DEE L.
TOEVOEGSELS.
Inleiding. Bronnen.
1. Over de. oude Engelsche gilden bevat de Globe van
Juli 1877 blz. 54—72 een opstel, vertaald uit the Atlantic
Monthly.
2. Over bet Gildewezen in de Middeleeuwen zie AY. E.
W i l d A , Das Gildeivesen im Mittelalter, Halle, 1831, 8°,
en G e o r g S c h a n z , Zur Geschichte der deutschen Gesellen-
Verbände im Mittelalter, Leipzig, 1876, X , 295 S.
3. De heer J. S. M a g n i n (vergelijk de Navorscher,
1876, blz. 76) had reeds in 1857 een stuk gereed, getiteld;
De voormalige gilden in Drenthe. Alleen uit Meppel
zou men gildepenningen kunnen verwachten.
4. In het niet in den handel zijnde werk van den beer
J. A. G e r l a c h J r ., Xotaris te Heusden, getiteld: Oorsprong,
geschiedenis en tegenwoordige toestand van het
j ' 29