• l i
; .
i f t f
Í S; iÌ''l
h : i ff I ; ìi
I I ri'
I : li
V'
1^75-.
( i)O n t -
rocr.l
Nccierl.
I I . deci,
pag. 666.
i l ) R elo l.
flcrStaaten
Gcncr.
I S Ju n y
1675.
’ ì Rcfol.
Staat.
£
Gcn cr.
i S J u ly
e n p A ug.
1Ó7
75-
Rcrol.
derStaaten
Gcn cr.
16 Ju ly
16 7 5 .
(s ) Rcfol.
dcrStaa t.
Gcncr.
17 Mey
16 7 5 .
ningen van Spanje cn Deenemarkc, midsgaders
by dc Vereenigde Staaten, cn dc
Ryksvcrgadering tc Regensburg naadruk-
kclyk tc klaagen, cn, mcc dieu uycilag,
hulpc tc vcrzcekcn, dac nietalleen degemeldc
Ryksvcrgadering zyne Landen in haarc
befcherming nam , maarook de Keyzer,
(r) dc Vorft van Lunenburg, en de
BiiTchop van Munftcr aan hec Zweedfche
R y k uyc weerwraake ftraks den oorlog
verkiaarden. Evenzoo deeden ook dc
Vereenigde Geweften, dcn vyftienden ( i )
van Zomermaand, en de goederen (3)
van dc Zweedfche onderdaanen alom in
beflag necmcn , ja negen oorlogfchepen
tegens die Kroon (4) uytruften; waartoe
zy tweehonderdcwecenzeftigduyzend (y)
guldens van Spanje ten onderftand ontfingen:
dcwyl ook die Kroon, tien dagen
laater, te BruiTel den Koning van Zweede
dcn oorlog liet aankondigen. By alle welke
Moogendheden zich ook eyndelyk
de Koning vau Dccnemarke vocgdc door
ccnc oorlogsverklaaring, die hy den zc-
vcncncwintigften van Hooimaand (ój tegens
Zweede iu ’c licht gaf, naadac hem
driehonderdduyzend guldens, toc hec uyc-
ruften van zeftien oorlogfchepen, (7) door
de Vereenigde Geweftcn waaren toegclegd.
Hec geweld van zooveele vcrbondcnc
Moogendheden tegens Zweede ichcen hec
R y k des jongen Konings met zccr dood-
lyke gevolgen tc dreygen, temeer mids
aldaar geen kleyne verdeeldheden onder
dc ecrfte ( 8 ) Staatsdicnaarcn des
Hofs omtrent deezen tyd hcerfchten.
Desonaangezien liec h y , volgens de getuy-
genis van deeze twee penningen, den moed
niec vallen, maar vcrtrouwde dat de zelfde
G o d , volgens wiens voorfchikking
hem by de zalving de Koninglyke kroon tc
Upzal ledert (9) wierdt o p ’ t hoofd gc-
zcc ; die ook door ’c verleenen van zynen
krachcdaadigen byftand, zoude handhaaveu’
(6) Refol.
d erStaat.
Gener.
3 Aug.
16 7 5 .
(7) Refol.
derStaaten
Gener.
I Ju ly
16 7 5 .
(8; Huba.
ftaatk.
Hiñori,
I l i . decís
l i . lin k ,
pag.?:?.
(9) HolJ.
Merkur.
■O). pjj.
»w-
I. De eerfte voert, op de voorzyde, het gekurierde borftftuk des jongen Konings in ’t harnas
omzoomd met dit cenvoudige randfchrift:
C A R O L U S R E X .
KO N IN G K A R E L .
Op dc tegcnzyde wordt de Koninglyke kroon door eenc hand, die uyt de Wolken komt, boven
het hoofd van den ter aardc knielenden Koning gehouden; binnen dit kantfchrift;
Q U EM D A T , S E R V A B IT H O N O R EM . iSpy.
HT Z A L D E E E R E , D I E H T G E E F T , OOK
. H A N D H A A V E N . i S / f .
II. De
II. De tweede heeft op de eene zyde, het gelaurierde kopftuk des Konings, doch binnen dit ‘
verfchiliende randfchrift:
C A R O L U S X I , R E X SU E C Ia E .
K A R E L DE X I , KO N IN G V AN ZWE E D E .
Op de andere zyde wordt de jonge Koning in Vorftlyke klecdingc andermaal kniclendc verbeeld,
cn hem wederom, door eene hand,*de Koninglyke kroon boven hct hoofd gehouden; binnen
dccze zelfde fpreuk :
Q U EM D A T , S E R V A B IT H O N O R EM . lipy.
HT Z A L D E E E R E , D I E HT G E E F T , OOK
H A N D H A A V E N . lipy.
l « 7 i .
(I l Holl.
Merkur.
1675.
pag-54-
WHoll.
Merkur.
1675. pa|
34.
(3) HoU.
Merkur.
1Ó75.
p a g .iz2 .
Door deezen inval der Zweedfche
krygsvolken, waartoe zooveele verbondc-
ne Moogendheden hec harnas aanfchoocen,
wicrdt eerft geheel Ukermark, ( i ) en een
groot gedeelte van ’c Middelmark opgegee-
ren, dc huyzen geplonderd, en ’c land cn
de luyden tot in den grond bedorven, ver-
volgeus het naar Achcerpomeren cn de
Nieuwmarkfchc landen gewend , aldaar
vcrfcheydene fteden gevveldiger hand inge-
genomen en bezec, en deeze ongehoorde
ftrooperyen wydenzyd, ja tot voor de
poorten (2) van Berlyn, verblyfplaacs van
den Keurvorft van Brandenburg, zelf uyc-
• gcbreyd. Tot iluyting van deeze landver-
dervende inbreuk , rukce de Keurvorft
eyndelyk, mec dc hulpe der Bondgenootcn,
eenige benden byeen, eu ftcidc zich aan ’c
hoofd der (3) zelve, om de Zweeden op
ce zoeken. Met die oogrnerk vyfduyzend
ruyters en duyzend uytgekoorene voetgas-
ten door Maagdenburg hebbende laaten
over de Elve trekken, en federt Ratenow
door de zynen inneemcn, verftondc hy
door de uytgezondene veldontdekkers,
hoe dc Zweedfche benden onder den
Hoofdbevclhebber Wrangel, in bcwecging
waaren, en met grooten fpoed voorttrok-
kc ii, om hec gevecht te ontwykco. Des
zondc hy verfcheydene benden vooruyc,
rukte z elf mec alle de ruyterye, en met
achcerlaatinge van 'c voetvolk, om des te
meer fpoeds te maakcn, over Havelbrug
op eenen vollen ren den afcrckkenden
vyand achternaa: doch konde niec ecr
dan by Nauwe des zelven achterhoede
aantreffen ; welke ftraks, door den dap-
peren aanval, tcn kofte van verfcheydene
'(4) dooden cn eenige duyzenden van gc-
jroofd vee, in wanorde geraakte. Zulks Merkur.
' de overigen gcene kans ziende om, zonder
een gevecht re waageo, verder te können
aftrekken, zich terftondc achter dien door-
gaug, en onder degunft van eeneopgercchce
beukery in orde Ichaarde. Om dit beJctiel
uyr den weg ce ruymen, deed deKeurvorft
duyzend ruyters, onder’c bcicyd van den
Hoofdbevclhebber Leudekc , by de duy -
ftcrheyd des nachts over de rivier trekken,
en den volgcnden morgen , zynde den
achtencwintigftea van Zomermaand, de
Zweeden van achtere aantaften: genc
hem gelegenheyd (y) verfchafce, om van-(^^hdIT.
voore ook mec de geheele ruyterye over Merkur.'
den ftroom cc geraaken, ja den ingcdron-
gen vyand naa ;een zeer hardnekkig ge-
vecht, geheel uyt hec veld te flaan. Verfcheydene
vendels, ftandaarden, ftukken
geichuts , troswagens, en eenc menigte
gevangenen, vielen vervolgens den Keurvorft
in handen ; die van die bekomen
voordeel den Staaten , by a^evaardigde
rcnboodcn ftraks bericht gaf, en vcrzocht
(6) dac hem toch de beloofde onderftand- (6) Rcfol.
gelden, om deeze bekome zeege te können de^rSiaateit
achtervolgcn, tcn fpoedigften mogten bc-
taald worden. Zulks die nietallcen de »675.
naalaacige Geweften daartoe aanftonds aan-
maanden, maarook door alle de Vereenigde
Landfehappen eenen plegtigcn Dankdac»,
tegens den zevenden (7 ) van OogTl-(7)Rerol-
maand. uytfchreeven ; om den Hemel ein«*”
over dceze verkreege zeege van hun- 12 July
nen Bondgenoot te danken, waar van ik
dc gedachtenis op dcezc penningen bewaard
vindc.
S 5 2 I. Rond-
Ji >'
l i